BuG 54- Bericht uit het Gewisse 04/04/07  Printversie  Fm-Brussel   TV-Brussel   VlaamseVolksBeweging

Op 20 maart 2007 hield de Vlaamse GemeenschapsCommisie (VGC) in Brussel haar jaarlijkse studiedag. 4 workshops over Verkiezingsuitslagen in Brussel en de allochtoon” hebben wij mee ingeleid. Hieronder volgt een verslag van onze tussenkomst alsmede in annex 2 documenten die aan alle deelnemers werden bezorgd.

Laatste 45 jaar in Brussel: 50% bevolking van autochtoon naar allochtoon
  
Allochtone bevolking in Brussel zal de komende 15 jaar groeien van 56,5% naar 75%
Kans gemist Brussel te 'hervlaamsen' langs allochtonen: beleid te exclusief gericht op 'Vlamingen'
Vlaanderen heeft slecht 2 allochtone verkozenen op 661 gemeenteraadsleden in Brussel
2 van de 74 Vlaamse verkozenen in Brussel is allochtoon, in Antwerpen zijn er dat bv. 9 op 55

Vlaamse politieke aanwezigheid in Brussel constant op 12% door allochtone stemmen

Aanwezigheid oude Belgen in Brussel zal tegen 2020 versmallen tot 25% waarvan (5%?) vlamingen.

Nederlandstalig onderwijs in Brussel tot 3x
hoger in aantal dan aanwezigheid in de bevolking

Nederlandstalig onderwijs heeft groeipotentieel tot 40% van het onderwijs in Brussel
Gedeeltelijke hervlaamsing van Brussel langs onderwijs aan kinderen van nieuwe Belgen
Nederlandstalig onderwijsaanbod Brussel op 10 jaar verdubbelen mits 7% budgetverhoging per jaar.

1. Brussel is de laatste 45 jaar niet verfranst: wel is er een transformatie geweest van 50% van de Brusselse bevolking van autochtoon naar allochtoon tussen 1961 (7,3% van vreemde afkomst) en 2005 (56,5% van vreemde afkomst). Deze nooit geziene en allicht unieke omvorming van een grootstad op zulk een korte tijdsperiode is in feite volledig aan het algemene Vlaamse beleid voorbijgegaan. Het ‘Vlaamse’ beleid is te lang gericht geweest tegen de (oude) Franstaligen en op de ‘Vlamingen van Nederlandstalige origine’ niet beseffend of willend dat de allochtonen mee de Vlaamse Brusselaar van de toekomst zou/zal worden. De (oude) Vlaamse Brusselaars hebben getracht de meubelen te redden en zijn daar met alle beste wil en zonder echte steun van het algemene beleid, maar zeer gedeeltelijk in geslaagd. In feite is deze demografische omwenteling, niet alleen door het Vlaams beleid volledig onderschat en niet onderkend omwille van de enge nationaliteits- en taalopvatting, er is ook geen dynamiek ontstaan om langs de de transformatie van autochtoon naar allochtoon de gedeeltelijke 'hervlaamsing' van Brussel vorm te geven.
 

Evolutie vreemdelingen en  nieuwe Belgen in Brussel 1920-2020

Jaar

Vreemde-lingen (2)

Nieuwe Belgen (3)

Vreemde afkomst

Oude Belgen

1920

4,4%

 

 

 

1930

8,5%

 

 

 

1947

7,4%

 

 

 

1961(1)

6,8%

0,5%

7,3%

92,7%

1970

16,1%

 

 

 

1981

23,9%

 

 

 

1991

28,5%

4,5%

33,0%

67,0%

1996

29,7%

 

 

 

2001

27,3%

 

 

 

2005

26,3%

30,2%

56,5%

43,5%

2020 (4)

19,0%

56,0%

75,0%

25,0%

(1) à rato van de helft van het relatieve niveau van 1991

(2) Recente demografie BHG - Irisuitgaven nr. 38, 2002

(3) Eigen berekening, methodologie npdata

(4) Extrapolatie van nieuwe Belgen en hun geboorteoverschot

van 1991-2005 (15 jaar) naar 2005-2020 en het % vreemdelingen

dat evolueert naar 19%

  
2. De politieke vertegenwoordiging van Nederlandstaligen lag in Brussel de laatste 35 jaar constant rond  12% (Cfr Guy Devroede, directeur onderwijs VGC). Wanneer beide gegevens naast elkaar gelegd worden is slechts één conclusie mogelijk: autochtone Vlaamse stemmen zijn vervangen door allochtone Vlaamse stemmen. Alleen weerspiegelt dit gegeven zich niet in het aantal Vlaamse allochtone verkozenen. Integendeel. De laatste decennia is het aantal allochtone verkozenen in Brussel gegroeid tot 170 op 661 gemeenteraadsleden. Bij de Franstalige verkozenen zijn er dat 168 op 589 of 29%, bij de Nederlandstalige verkozenen 2 op 74 of 3%, dwz 9 keer minder dan bij de Franstaligen en 18 keer minder dan het aandeel allochtonen in de Brusselse bevolking (56,5%). Dit is niet het gevolg van de 'aantrek' van allochtonen door de Franstaligen maar wel van de 'afstoot' en 'non-'acceptatie van allochtonen in het profiel van de Vlaming in Brussel. Niettegenstaande het gebrek aan allochtone blikvangers op verkiesbare plaatsen wordt de Vlaamse aanwezigheid van 12% Vlaamse gemandateerden de laatste 30 jaar mede geschraagd en constant gehouden door de allochtone stemmen. Maar voor hoelang nog?
 

3. In het Nederlandstalige onderwijs in Brussel weerspiegelt zich de allochtone ondersteuning en keuze nog sterker. In vergelijking met de 'Vlaamse' aanwezigheid van 8% (Monteyne cijfer van 10 jaar geleden voortgaande op het aantal Nederlandstalige belastingaangiftes in Brussel) is het kleuteronderwijs drievoudig in aantal en het lager en secundair onderwijs het dubbele van de aanwezigheid in de bevolking. Naast de oude Franstaligen die voor het Nederlandstalige onderwijs kiezen, en een aantal leerlingen uit de Brusselse rand, zijn het vooral de allochtonen die langs het Nederlandstalig onderwijs de toekomst voor hun kinderen willen veilig stellen en aldus de Vlaamse aanwezigheid in Brussel mee ondersteunen en verzekeren. De traditionele en huidige denigrerende en 'eisende' Vlaamse politiek staat haaks op de enorme kansen die zich aandienen en gedeeltelijk genomen worden in de nog altijd voortdurende transformatie van Brussel van autochtoon naar allochtoon. ' Ze' moeten zich voegen, als 'hun' ouders niet meewillen worden de kinderen uitgesloten of kansen ontzegd, enz. Als Vlaanderen er evenwel in slaagt de kinderen van de nieuwe Belgen  en van de continue migratie in het eigen onderwijssysteem op te vangen zal Nederlands spreken terug een dynamische factor in Brussel worden. Maar dan dient een declic te gebeuren in het hoofde van de politieke beleidsvoerders: Nederlands spreken is geen voorwaarde of ticket om toe te treden tot het Nederlandstalig onderwijs maar het onderwijs zelf moet de anderstaligheid voorkomen, opsporen en aantrekken.

Het Nederlandstalig onderwijs in Brussel is het sterkste product op de onderwijsmarkt in Brussel, en dat is door de allochtonen meer dan wie ook geweten. En daar moet men voluit gebruik van willen en durven maken. Een veel gevraagd product afschermen en niet voldoende aanbod ter beschikking stellen omdat de ‘taal’ een probleem zou zijn, terwijl het juist de taal is die als uitgelezen product ‘geproduceert wordt, is zelfs uit marktoogpunt volslagen onzin. Dit niet inzien is nu de beslissing nemen om komende 20 jaar (demografisch) de Vlaamse aanwezigheid te doen verschrompelen tot enkele procenten met risico dat het haar huidig speciaal statuut verliest. Veel meer dan vroeger het geval is dient deze omvorming geschraagd door een forse kwalitatieve verhoging van de taalspecifiek omkadering van het onderwijs en op kansengroepen gerichte ondersteuning.  Het voortbestaan van het VGC hangt bijvoorbeeld rechtstreeks af van de mate waarin de ‘nieuwe Vlamingen’ in voldoende mate aanwezig zijn in Brussel. Het VGC zelf is door de verzameling van 1.000 professionele krachten die exclusief op de Vlamingen in Brussel gericht zijn, hierin mede een beslissende factor. Dat bij de 250 stafleden die in de studiedag verzameld waren geen enkele allochtoon terug te vinden was geeft een goede illustratie van de consequentie van het ‘enge’ algemene Vlaamse beleid van de laatste decennia.
 
 
4. Gemiddeld volgt 20% van de Brusselse schoolbevolking les in het Nederlands, tegenover 8,5% gemiddelde aanwezigheid in de bevolking. In het kleuteronderwijs volgt 23% van de Brusselse bevolking Nederlandstalig onderwijs dus bijna een kwart. Met zeer veel inspanningen, vooral in kleuterklassen, Technisch en Beroepsonderwijs (het ASO sluit nog het meest haar ogen voor de ‘ongewenste vreemdelingen’) en met te weinig middelen en ondersteuning van het algemene Vlaamse beleid hebben de Brusselse onderwijsinstituten blijk gegeven de conversie in Brussel van 50% autochtonen naar allochtonen te vertalen in een 'stabilisering' van de Vlaamse aanwezigheid in het onderwijs en de politiek. Zij geven hiermee de weg aan die het beleid de komende 15 jaar kan gaan. 
 
5. De leeftijdsverdeling van de bevolking in Brussel  laat sinds 10 jaar een verhoging zien van de geboorten en/of migraties op zeer jonge leeftijd. Deze jonge generatie begint zich nu aan te bieden aan de schoolpoorten. De nieuwe kansen worden dus nu geboden en men dient er nu op in te gaan. De 18-35 jarigen zijn evenwel, meer dan in Vlaanderen en Wallonië relatief hoog in aantal als gevolg van de hogere migratie 15 jaar geleden, aangevuld met huwelijksmigratie. Het is ook deze groep waaraan de Vlaamse gemeenschap de laatste twee decennia voorbij gegaan is. Deze (jong)volwassenen zijn meer dan gemiddeld Nederlandsonkundig, ongekwalificeerd en zonder (veel) uitzicht op werk. Het Nederlandstalig volwassenenonderwijs kan/dient hier volop ingeschakeld als motor van emancipatie en ver/hervlaamsing. Een specifiek programma, met verdrievoudiging van de middelen gericht naar volwassenenonderwijs, deeltijds werken/leren, betaalde stages enz dient mee voor een inhaalbeweging te zorgen.
 

  
6. In 1991 woonden er in Brussel 28,5% vreemdelingen en 4,5% nieuwe Belgen. In 2005 is het aantal vreemdelingen gestabiliseerd op 26,3% maar het aantal nieuwe Belgen, hun geboortesaldo inbegrepen, met 25,5% gegroeid tot 30,2%, een indrukwekkende en unieke evolutie in Europees of zelfs wereldperspectief. Dit wordt nog geïllustreerd en begrijpbaar door het feit dat de laatste 15 jaar in Brussel 166.316 nieuwe immigranten zijn bijgekomen, kinderen geboren uit deze nieuwe vreemdelingen inbegrepen. Brussel staat daarbij voor een nieuwe kinderboom bij de 0 tot 10 jarigen, zoals uit bijgaande grafiek blijkt. Nadat de eerste, tweede en voor een stuk de derde generatie migranten als 'niet-Vlaams' beleidsmatig door Vlaanderen zijn afgewezen, dient er zich een unieke kans aan die historisch ook de laatste zal zijn, nl de komende generatie van kinderen van nieuwe Belgen in het Nederlandstalig onderwijs opvangen met alle ‘moderne’ technieken: meertalig onderwijs, ouderwerking in eigen taal, vroegonderricht in eigen taal, time-out en HERstelgericht GroepsOverleg (waar Brussel voor dit schooljaar volledig van uitgesloten geweest is): de marktpositie optimaliseren en aangrijpen voor de ‘allochtone’ kinderen die de komende 18 jaar zullen geboren worden, samen met de kinderen van de continue en voortdurende nieuwe immigratie. Het onderwijsaanbod en ondersteunende inspanningen dienen hiertoe minstens te verdubbelen de komende 10 jaar. Hiertoe dient elke (nationalistische of racistische) schroom afgelegd: scholen als Lucerna zouden een veelvoud van hun huidige middelen moeten krijgen en betrokken worden in de ontwikkeling van een globale beleidsvisie, het Katholieke net kan zich in Brussel omvormen tot een religieus net waar de Islam gelijkwaardig als religie een plaats krijgt, of waarbij een beperkt 'Islamnet' mede vanuit de diverse inrichtende machten wordt ondersteund en opgebouwd enz. En dat hoeft niet eens zoveel te kosten.
 
7. De leerlingen in het Nederlandstalig onderwijs vormen 3,5% van het aantal leerlingen in de Vlaamse gemeenschap, hetgeen overeenkomt met de 3,51% die Brussel inneemt in het Onderwijsbudget in Vlaanderen, volgens de meest recente berekening zoals door de Begrotingsdienst van het Nederlandstalig onderwijs aan ons doorgegeven. Hierbij is geen rekening gehouden met de eigen middelen die door en langs het VGC worden aangewend. Een verdubbeling van het Brusselse onderwijsaanbod en budget uitgespreid over de komende tien jaar betekent een gemiddelde stijging van ‘maar’  7% per jaar, gedurende 10 jaar Deze stijging komt overeen met jaarlijkse stijging van amper 0,28% van het Vlaamse onderwijsbudget gedurende 10 jaar, een peanut!.
 
8. De politieke wil om het onderwijsbudget in Brussel te verdubbelen en op deze wijze de Vlaamse aanwezigheid uit te bouwen en op termijn ook langs de Vlaamse allochtone aanwezigheid politiek te verzekeren  houdt een verregaande omkering in van het denken over de ‘Vlaamse’ aanwezigheid in Brussel. Het zal vooral in Vlaanderen zijn dat deze klik dient te gebeuren. De beleidsvisie dient fundamenteel te veranderen en ontdaan van haar nationalistische blokkering die, zoals blijkt, de Vlaamse aanwezigheid in Brussel geschaad en geminimaliseerd heeft. De Vlaamse aanwezigheid zal een 'allochtone' Vlaamse aanwezigheid zijn van echte Brusselaars. Want de echte Brusselaar is niet Franstalig of Nederlandstalig, niet allochtoon of autochtoon, het is ne Brusselaar. Maar als hij Nederlands spreekt, tant mieux voor de Vlamingen. Zo gaat dat in Brussel. De ’nieuwe Belgen’ hebben extreem-rechts, VB en FN gemarginaliseerd (zie BuG nr. 36), en zullen dit verder doen. Deze nieuwe Belgen staan echter ook gereed om de fakkel van ‘Vlaamse’ aanwezigheid in Brussel over te nemen. In 2012 zou het aantal allochtone verkozenen van 170 naar 255 kunnen groeien – van deze 85 bijkomende allochtone gemeenteraadsleden zou best  1/4 ‘Vlaams’ zijn. 
 
9. De toekomst van de Brusselse Vlamingen hangt rechtstreeks af van de mate waarin de kinderen van nieuwe Belgen en vreemdelingen die de komende 18 jaar zullen geboren worden, aangevuld met de nieuwe immigratie, in het Nederlandstalig onderwijs kunnen aangetrokken worden. In 2024 zullen de eersten van deze nieuwe generatie als 18 jarige hun stem uitbrengen. Zij zullen mee in kunnen staan voor de gedeeltelijk hervlaamsing van Brussel. Het is ten andere binnen dit perspectief dat Brussel zijn rol kan blijven vervullen als hoofdstad van Vlaanderen en van het cement voor een België dat in het andere geval onder zeer grote druk zou kunnen komen.
 
10. Het Vlaams Belang en ook het NV-A blijkbaar hebben Brussel reeds laten vallen, juist omwille van de 'allochtonen', oninteressant en on-vlaams. Deze ideologische en Vlaams-nationalistische benadering trekt reeds 45 jaar lang het kruis over Brussel en het laat zich aanzien dat de Warandagroep Brussel misschien buiten het Vlaamse onafhankelijksstreven zal plaatsen. Ondermeer door deze visie en benadering zal de laatste kans verloren gaan om met het onderwijs als breekijzer de Vlaamse aanwezigheid in Brussel tot 15% te doen groeien en zo de minimale basis te herstellen waarmee ook Vlaanderen in Brussel en op termijn misschien ook  België kan overleven. Want in 2020 zal de Brusselaar voor 75% allochtoon zijn, waarvan, de huidige verhoudingen in acht genomen, 5% oude Vlamingen. 

11. En in de Brusselse rand herhaalt de geschiedenis zich: ontvlaamsing of (gemiste) kans voor hervlaamsing? In het interessante, goed gedocumenteerde en prestigieus uitgegeven SVR-Rapport 2007/1 maken Gunter Desmet en Josée Lemaitre het sociaaleconomisch profiel van de Vlaamse Rand en werpen een blik op haar Vlaamse karakter. Maar ook zij verheffen de nationaliteit en afkomst tot ‘taalcriterium’ om te spreken over inwijkelingen die door hun aanwezigheid voor ‘ontvlaamsing’ zorgen. Met evenveel redenen en in een dynamischer en minder nationalistisch gekleurd perspectief kunnen zij evengoed nagaan wat deze ‘vervreemding’ aan kansen inhoud voor de ‘hervlaamsing’ van de Rand die zeker in de faciliteitengemeenten aan de orde kan gesteld. Ook hier zijn  het de allochtonen die mee de basis vormen van het behoud van het Vlaamse karakter van de Rand. Tevens tonen zij aan dat de ‘allochtonen’ uit ‘niet geïndustrialiseerde landen’ meer en vlugger op het Nederlands gericht zijn dan de ‘geïndustrialiseerde vreemdelingen’ (zeg de Europeanen). De cijfers van Kind en Gezin laten tevens toe een inschatting te maken van het reële aantal ‘nieuwe Belgen’, een interessant platform om de methodologie van npdata over de ‘nieuwe Belgenen hun kinderen, per gemeente in de rand eens aan te toetsen. En wanneer doet het SVR eens een gelijkaardige analyse voor Brussel. Wie is in Brussel eigenlijk bezig met demografie en toekomstprognoses? Voor de Franstaligen is dit, om voor hen begrijpelijke of gewenste redenen, geen prioriteit. Het meest recente rapport van de Brusselse diensten loopt tot 2002. En wanneer komt een echt debat op gang waarin het politiek discours en het communautair opbod niet overheerst en waar de Universiteiten en de professoren zich in het debat mengen? En waar blijven de Arbeidersbewegingen om vanuit de demografische situatie en toekomst van Brussel en de Rand het werknemersbelang en de solidariteit aan de orde te stellen ongeacht afkomst of de kleur?

12. De Vlaams Belang-kiezer, en met hem allicht nog vele 'Vlamingen' (en partijen) zullen tegen 2020 hopelijk het rouwproces ontgroeien waarin zij nog altijd verstrikt zijn: geen afscheid kunnen nemen van wat definitief voorbij is, nog altijd kwaad en chagrijnig om het verlies en niet bekwaam het nieuwe kind aan hun hart te drukken dat langs immigratie en geboorte deel van 'ons volk', van het 'Vlaamse volk’ geworden is. Vlaanderen (en België) zullen er wel bij varen. Mijn thuis is waar ik woon.

   
Jan Hertogen, socioloog
______________________________________________-

Bijlage 1 van de uiteenzetting voor de Studiedag van de Vlaamse Gemeenschapscommissie op 20 maart 2007

0. Allochtonen = vreemdelingen die Belg geworden zijn of het zullen worden = van ‘andere’ afkomst

1. Enkele demografische gegevens over Brussel (detail per Brusselse gemeente: www.npdata.be)
- Brussel 1961: 6,8 % vreemdelingen –  45 jaar later in 2005: 56,5% van vreemde afkomst.
- In 1990: 28% vreemdelingen +  4% nieuwe Belgen (Belggeworden vreemdelingen sinds 1980 + °saldo)
- In 2005: 26% vreemdelingen +30% nieuwe Belgen (Belggeworden vreemdelingen sinds 1980 + °saldo)
- In 2005 wonen in Brussel 16% Europese vreemdelingen + 10% niet-Europese vreemdelingen
- In 2005 wonen in Brussel   5% Europese nieuwe Belgen + 25% niet-Europese nieuwe Belgen
- Van de 10% niet-Europese vreemdelingen is de helft de laatste 5 jaar toegekomen/geboren
- 10 jaar geleden: 8,5% van de belastingaangiften in het Nederlands (cfr André Monteyne) – nu ?

2. Gemeenteraadsverkiezingen 2006:
- 52%van de Brusselse kies”gerechtigden” is van vreemde afkomst
- Na inschrijving vreemdelingen is slechts 40% van de Brusselse stem”plichtigen” van vreemde afkomst:
        - 25% nieuwe Belgen van voor 2000
        - 12% nieuwe Belgen van na 2000
        -   3% vreemdelingen
- 12% nieuwe Belgen in de verschillende gemeenten gaat samen met verdere marginalisering FN/VB
- Er zijn 170 op 661 allochtone verkozenen(26%): 29% in de gemeenteraad, 16% in de schepencolleges
- Kerncijfers Brusselaars van vreemde afkomst: : 57% in de bevolking, 52% stemgerechtigd, 40% stemplichtig, 29% in gemeenteraad, 16% in schepencolleges

3. Na taaltoewijzing gemeenteraadsleden (cfr www.brusselnieuws.be):
Oude Franstaligen: 63% of 2/3 van de gemeentemandaten, 36% of 1/3 aanwezigheid in bevolking
Allochtonen (Fr+Nl): 26% in de gemeenteraad, 57% in de bevolking
Oude Vlamingen: 11% in gemeenteraad, 7% in de bevolking (voortgaande op het Monteyne-cijfer)
      - Van de 170 allochtone vertegenwoordigers zijn er 2 Nederlandstaligen en 168 Franstaligen
      - Op 589 Franstalige verkozenen zijn er 168 Franstalig allochtoon of  29%
      - Van de 74 Nederlandstalige verkozenen zijn er 2 Nederlandstalig allochtoon of 3%, dit is
        9 keer minder dan de Franstaligen en 18 keer lager dan hun aanwezigheid in de bevolking.
      - Van de Nederlandstalige verkozen zijn er 11 verkozen op eentalige Vlaamse lijsten, vooral VB,
       de helft op taalgemengde en een kwart op eentalig Franstalige lijsten.


4. Besluit: de Vlaamstalige aanwezigheid in Brussel staat of valt met de Vlaamse allochtoon:

- De transformatie van Brussel de laatste 45 jaar van autochtoon naar allochtoon (+50% allochtonen op 45 jaar)  was een unieke kans om de Vlaamse aanwezigheid in Brussel te behouden en te versterken: die kans is niet alleen gemist, ze is niet onder ogen genomen. De eerste en tweede generatie migranten is als ‘niet-Vlaams’ afgewezen en de impact van de immigratie is verregaand onderschat. Dat het de Franstaligen geweest zijn die de immigratie geaccapereerd hebben is een mythe, er is een actieve af- en uitstoting geweest vanuit Vlaams (algemeen) beleid, die, ook in het onderwijs, nog verder gaat.
- Er dient zich een unieke kans aan die historisch ook de laatste zal zijn, nl de komende generatie van kinderen van nieuwe Belgen die in het Nederlandstalig onderwijs kunnen opvangen worden met alle ‘moderne’ technieken: meertalig onderwijs, ouderwerking in eigen taal, vroegonderricht in eigen taal, Time-out en HERstelgericht GroepsOverleg (waar Brussel voor dit schooljaar volledig van uitgesloten geweest is): de marktpositie optimaliseren voor de ‘allochtone’ kinderen die de komende 18 jaar zullen geboren worden, samen met de kinderen van de continue en voortdurende nieuwe immigratie. Het onderwijsaanbod en ondersteunende inspanningen dienen minstens te verdubbelen de komende jaren.
- Op termijn zal zich dat mee vertalen in een exponentieel groeiende verkiezing van allochtone Vlamingen in de gemeenteraden. In 2012 zou het aantal allochtone verkozenen van 170 naar 255 kunnen groeien – van deze 85 bijkomende allochtone gemeenteraadsleden dient minstens 1/4 ‘Vlaams’ te zijn.
- Dit houdt een verregaande omkering in van het denken over de ‘Vlaamse’ aanwezigheid in Brussel, en het zal vooral in Vlaanderen zijn dat deze klik dient te gebeuren. De ’nieuwe Belgen’ hebben extreem-rechts, VB en FN gemarginaliseerd, en zullen dit verder doen – deze nieuwe Belgen staan gereed om mee de fakkel van ‘Vlaamse’ aanwezigheid in Brussel over te nemen.

Bijlage 2 – Studiedag VGC – 20 maart 2007 – Verkiezingsuitslagen


Nederlandstalig onderwijs Brussels gewest

% Vl in Br=

8,5%

 

Gewest/Niveau

Kleuter

Lager

Secundair

Totaal

Bevolking

1.

Aantallen

 

 

 

 

 

 

  Brussel

9.971

13.859

13.453

37.283

85.574

 

  Vlaams

196.853

399.618

446.803

1.043.294

6.043.161

 

  Totaal

206.824

413.477

460.256

1.080.577

6.128.735

2.

% op aantal

 

 

 

 

 

 

  Brussel

4,8%

3,4%

2,9%

3,5%

1,4%

 

  Vlaams

95,2%

96,6%

97,1%

96,5%

98,6%

 

  Totaal

100%

100%

100%

100%

100%

 

Simulatie % Vlamingen in Brussel

 

 

 

    

Leerlingen  (06/07) op bevolkingsaantallen Brussel (2005+2)

 

 

Kleuter

Lager

Secundair

Totaal

 

 

3-5jr

6-11jr

12-17jr

3-17jr

1.

Aantallen

 

 

 

 

 

Ned. Onderwijs

9.971

13.859

13.453

37.283

 

Bevolking

42.915

73.909

67.162

183.986

2.

% Ned. Onderwijs

23%

19%

20%

20%

  

Bevolking naar gewest en leeftijd 2005

 

Vlaams

Brussels

Waals

België

03-05jr

184.149

42.915

115.276

342.340

06-11jr

387.078

73.909

242.450

703.437

12-17jr

424.890

67.566

256.625

749.081

Totaal

996.117

184.390

614.351

1.794.858

03-05jr

18%

23%

19%

19%

06-11jr

39%

40%

39%

39%

12-17jr

43%

37%

42%

42%

Totaal

100%

100%

100%

100%

Nieuwe immigratie in het Brussels gewest per nationaliteit 1990-2005 (01/01) www.npdata.be

 

Land

Vreemdelingen 01/01/1990

Nieuwe immigratie

Belgwording

Vreemdelingen 01/01/2005

% nieuwe immi-gratie tav 1990

1. Niet-Europese immigratie

 

 

 

 

 

 

Marokko

76.360

49.111

84.083

41.388

64%

 

Turkije

20.496

12.512

21.978

11.030

61%

 

D.R.Congo

5.969

8.833

7.975

6.827

148%

 

Andere niet-Europa

23.888

32.667

20.858

35.697

137%

 

Totaal niet-Europa

126.713

103.123

134.894

94.942

81%

2. Europese Immigratie

130.343

51.349

16.386

165.306

39%

3. Vluchtelingen

10.713

11.844

17.594

4.963

111%

Totaal

267.769

166.316

168.874

265.211

62%