BuG 478 – Bericht uit het Gewisse – 22 oktober 2021 BuG 478 on-line Printversie (3p) Ongelijke
behandeling Islam schendt de grondwet en
Volgens de
Belgische grondwet is de erkenning van de Dit
bericht is een herneming van
BuG 352, 21/02/2017 Wat zegt de grondwet over de erkenning en behandeling van erkende religies? Hieronder enkele uittreksels van de uitgebreide en zeer lezenswaardige analyse van Patrick De Pooter, ook over het verbod van inmenging van de staat in de organisatie van de religie, zie zijn boek De rechtspositie van erkende erediensten en levensbeschouwingen in staat en maatschappij, Larcier, 2002 en de recentere master-thesis van Floor Ketels, De juridische integratie van de islam in België en andere landen. Volgende vragen kunnen gesteld met de gedocumenteerde antwoorden op basis van de grondwet en de toelichting van de grondwetspecialisten. Wanneer nemen zij eens het woord? 1. Is er wel sprake van scheiding tussen Kerk en Staat als de Staat haar grondwettelijke verplichtingen t.a.v. van de islam niet nakomt? De grondwet heeft elke cultus/eredienst, op grond van gelijkheid geplaatst - alle cultussen zijn vrij Praxis: Sommige erediensten zijn door de staat erkend, zij krijgen voordelen die niet erkende godsdiensten niet krijgen, dat is geen ongelijkheid. Dat zou wel het geval zijn indien de materiële steun beperkt zou zij tot één bepaalde eredienst. Het Belgische systeem is op dat vlak uniek: absolute gelijkheid tussen godsdiensten met een systeem van privileges voor de erkende godsdiensten. Reden: Het morele en sociale nut dat aan bepaalde religies wordt toegekend, de bijdrage die zij leveren tot het algemeen belang en de diensten die zij bieden aan de bevolking, ter bevestiging van het openbaar belang. Deze religies worden volgens de grondwetgever beschouwd als de beste garantie voor het behoud van de (bestaande) sociale orde, voor de eerbied voor het gezag en de bevordering van de publieke moraliteit en zelfs voor het respect van de privé-eigendom. De Islam is sinds 1974 erkend als godsdienst in België. Er kan dus nagegaan worden in welke mate de materiële gelijkheid is gerealiseerd in de bejegening van de islam naast de andere godsdiensten en het georganiseerde lekendom. Er is grondig en gedegen wetenschappelijk onderzoek hiernaar geweest, ondermeer door Jean-François Husson en Patrick De Pooter, en beide onderzoekers beseffen best dat er ten gronde wat mis gegaan is en mis gaat in de gelijke bejegening van godsdiensten. Het is alleen hoogst eigenaardig dat de toepassing van de (grond)wettelijkheid en de feitelijkheid gedurende 40 jaar is geblokkeerd en de scheiding Kerk en Staat is genegeerd door de overheid door de Islam niet gelijk te behandelen, dwz er is een actieve tussenkomst geweest die nog altijd voortduurt om de Islam in haar gelijke rechtspositie te miskennen, te discrimineren en te benadelen. Het doel van de staatssteun wordt hierdoor in z'n tegendeel omgezet: in plaats van aanhorigheid, respect voor de moraal te bewerkstelligen degradeert de staat zichzelf tot onbetrouwbaar, in tegenspraak met de grondwet en de wetten. De recente acties van de gemeenschappen om het falen van de staat te compenseren voor wat de erkenning en de steun van de moskeeën betreft is een doekje tegen het bloeden en bevestigt het totale anachronisme van deze voortdurende staatsinmenging in een essentieel gebied van het persoonlijke leven. 2. Als de staat de godsdienst miskent als een fundamenteel burgerrecht, de Islam ongelijk behandelt en financieel monddood maakt, dan ondermijnt de staat zelf de basis van het vreedzame samenleven van alle burgers. In feite legitimeren zij het racisme dat een logisch gevolg is van de uitsluiting van overheidstussenkomst van de bij grondwet voorziene voordelen. De feitelijke erkenning van de godsdienst en de Islam in al z'n onderdelen is de voorwaarde sine qua non waarzonder integratie, gelijke behandeling in werk, onderwijs, sociale huisvesting enz niet mogelijk is. 3. De gelijke behandeling van de godsdiensten moet blijken uit de gelijke materiële steun. En daar zullen we even de aandacht op richten. Er zijn drie niveaus om steun aan de godsdienst te onderzoeken:
1. Op het niveau van
de materiële steun verbonden aan de grondwettelijke erkenning als
godsdienst. Het betreft de Centrale organisaties, de Bediening, de
levensbeschouwelijk uitzendingen op radio en TV, de aalmoezeniers en
vertrouwenspersonen in ziekenhuizen, gevangenissen enz, de huisvesting,
infrastructuur op gemeentelijk, provinciaal en gewestelijk vlak enz... Het is opvallend dat nogal wat tegenstanders van de verzuiling altijd de status-quo hebben in stand gehouden en de feitelijke exclusie van de Islam mede hebben bewerkstelligd. Hun opstelling is fundamenteel in tegenspraak met de vrijheid van godsdienst, de gelijke behandeling ervan en de scheiding kerk en staat, dwz de staat die (nog altijd) exclusieve stelt tav de godsdienst en hiermee het racisme en maatschappelijke uitsluiting van een hele bevolkingsgroep legitimeert. 4. Financiering van de godsdiensten in België Het laatst gekende en gepubliceerde overzicht mbt de godsdiensten wat betreft de verplichtingen van de grondwet is van 2005, tien jaar geleden. De katholieke godsdienst was goed voor 85,1% van de uitgaven, het lekendom 2,9%, de protestanten 2,1%, de islam 2,9%, de Israëlitische godsdienst 0,3%, de anglicaanse 0,2% en de orthodoxe 0,7%. Welke politicus vraagt eens een update van deze gegevens?
Bron: Jean François Husson. Update van Somers in Terzake van 21/10/2021: 68 mio gaat vanuit het Vlaamse budget naar de geloofsgemeenschappen, 1,06% hiervan gaat naar de islam. Voor de structuur en het aandeel federaal, gewesten ea, zie oa de analyse van de structuur van de financiering en de bedragen 2008 - BuG 134 Financiering-godsdiensten. Voor wanneer een update van deze financiering met het grootste detail van alle in dit bericht aangehaalde elementen? Jan Hertogen,
socioloog |