BuG 353 – Bericht uit het Gewisse – 25 februari 2017
   
BuG 353 on-line                                   Printversie (14p)
    
Verpleegstudies, prisma voor wat op gang komt

Strijd om jobs wordt strijd om werknemers, wordt
strijd om werklozen, wordt strijd om werknemers met
migratieachtergrond en voorbode van nieuwe migratie
 
Bij instroom verpleegstudenten is deze strijd al zichtbaar.
Daling van 9,2% 1ste-jaars verpleegkunde, niet dramatisch
maar een teken aan de wand voor de nieuwe tijden.

Al 16.253 werklozen vonden  in verpleegstudies een nieuw start
sinds 1992, toen Herman Cosyns van HBO5 Brugge er mee begon.



   

Aantal werkzoekenden in opleiding verpleegkunde,  VDAB 2009-2017
  09/10 10/11 11/12 12/13 13/14 14/15 15/16 16/17 Evol. Evol. %
    1ste jaar 1.014 1.355 1.146 1.425 1.779 1.446 1.321 1.052 -269 -20%
    2de jaar 538 682 902 832 1.054 1.264 1.120 979 -141 -13%
    3de jaar 384 395 550 717 715 818 991 839 -152 -15%
    Totaal 1.936 2.432 2.598 2.974 3.548 3.528 3.432 2.870 -562 -16%

  



 
Pessimisme is een verliezersbod, nationalisme zelfdestructie, het
potentieel zien en zich in de strijd om de werknemer en student
mengen, de 'feiten' blijven zien, verifiëren en wetenschappelijk
benaderen. De toekomst is aan wie er kennis en inzicht in heeft.

En heeft Zuhal Demir nu al de trein gemist?


Als de jaarlijkse update verpleegstudenten kan gemaakt is de lente niet ver meer af. Goed ook om de wind te laten waaien in verschraalde gedachten die zich als nieuw voordoen en de eigen inzichten voortdurend blijven bijstellen. Bron gegevens van de onderwijsdepartementen Bachelor en HBO5, de VDAB, het Fe-bi. Basisgegevens in de Tabel met alle gegevens verpleegstudies 1980-2017 per leerjaar, niveau, evolutie langs index voor aantallen en % op de 18 jarigen en de slaagcijfers.

1. Instroom verpleegstudenten: een prisma dat tendensen duidelijk(er) maakt

Welke overwegingen kunnen gemaakt bij de studentenaantallen verpleegkunde in het schooljaar 2016/2017 voortgaande op de telling van februari 2017. Dezelfde methodologie en opdeling wordt doorgetrokken vanaf 1980 tot nu, een database die enkel door npdata.be werd en wordt bijgehouden, met dank aan de administraties in de diverse onderwijsdepartementen, de VDAB en de Fondsen voor bestaanszekerheid in de Non-Profit-sector.

Tot 2023 zijn alsmaar minder 18 jarigen en er schuiven dus alsmaar minder 18 jarigen naar hogere studie. Terzelfdertijd gaan er alsmaar meer 58-jarigen de komende jaren uit de arbeidsmarkt, zie grafiek hieronder. De bijdehandse sectoren proberen meer en meer studenten naar beroepen te oriënteren waarin een acuut tekort zal tot stand komen. Niet alleen de conjunctuur maar vooral de generatiewisseling zal de jongeren schaarser en schaarser maken tav een alsmaar hogere uitstroom van de babyboomgeneratie uit de arbeidsmarkt, zoals Walter van den Broeck in Winteruur van 22 februari 2017 terecht opmerkte. Maar velen blijven ziende blind. Dus toch even een recapitulatie van enkel demografische tendensen.
   


Jaar na jaar komen er minder nieuwe generaties 18 jaar op de (studie)markt, dat is de lichtblauwe lijn en de daling gaat door tot 2024. Maar tegelijkertijd schuiven de 58 jarigen verder door naar de pensioenleeftijd of vroeger wanneer ze de arbeidsmarkt verlaten. Door de leeftijdsgrenzen zo te stellen houden we enerzijds rekening met de tijd voor de 18 jarigen om te studeren en de eerste stappen op de arbeidsmarkt te zetten, en het equivalent van 58 jarigen dat na 6 jaar als 65 jarige zeker van de arbeidsmarkt verdwenen is. Pas in 2030 is er een nivellering maar nog altijd op een aanzienlijke afstand van elkaar, de generatiewissel blijft negatief voor de 18 jarigen in illo tempore.

Om deze evolutie nog beter in perspectief te zetten kunnen we het tekort op deze generatiewisseling berekend voor de 18 jarigen in beeld brengen als een % tekort op degenen die uitstromen.


 

Het tekort van instroom tav uitstroom stijgt tot -45% in 2023. Ook al is er maar een langzame vermindering van de 18 jarigen, het weegt alsmaar minder op tegen de forsere stijging van de uitstroom op de arbeidsmarkt van de oudere wordende 58 jarigen. Het komt er dus voor de werkgevers op aan om de voorzienbare en groeiende spanning op de arbeidsmarkt in te schatten en zo vlug mogelijk te compenseren door

1. Afgestudeerden zo vlug als mogelijk te vangen
2. De studenten in hun keuze zo vlug als mogelijk te oriënteren naar beroepen van hun sector
3. Herscholingsprogramma's van de VDAB en volwassenenonderwijs te claimen en hun aandeel te verzekeren of te verhogen in een alsmaar krappere markt van werklozen.

De verlenging van de studieloopbaan voor Bachelor verpleegkunde van drie tot vier jaar laat zich bij de keuze van gewone studenten, werkzoekenden en werkenden project 600 wel degelijk voelen. Het verzwakt de aantrek van verpleegkunde bachelor op de markt, terwijl de strijd om de 'technisch' gekwalificeerde HBO5 alsmaar groter wordt. Niet het moment dus om, zoals de plannen van De Block lieten uitschijnen, een nieuwe aanval in te zetten op het statuut van de HBO5 gediplomeerde verpleegkundige.

2. De vele signalen van een wezenlijke verandering

Wie de vraag op de arbeidsmarkt volgt ziet al vele signalen die deze analyse en aanpak door werkgevers bevestigen. Sommige sectoren, zoals het spoor, staan al voor de onmogelijke opdracht om nog de meubelen te redden. Enkel privatisering en buitenlandse inbreng zal er kunnen voor zorgen dat de continuïteit van de spoordienstverlening kan verzekerd worden, met 'dank' aan de vakbonden die blind geweest zijn voor deze evolutie en nu moord en brand schreeuwen, zonder dat er nog wat kan veranderen aan de toestand bij het spoor.

Maar laat ons bij de verpleegleest blijven. Dank zij de vooruitziendheid van Walter Cornelis van LBC-NVK is de dramatische daling van instroom van verpleegkundigen in 2000 gestopt en is het personeelsstatuut met de harmonisatie van lonen en wedden en de eindeloopbaandagen zodanig verbeterd dat alle welzijnsberoepen nog erg concurrentieel op de arbeidsmarkt staan en voortdurend nieuwe mensen over de streep hebben kunnen trekken. Meer nog, in vergelijking met de evolutie van 18-jarigen heeft de verpleegkunde een alsmaar hoger aandeel van deze 18 jarigen kunnen aantrekken. Dat op zich is al wonderbaarlijk. Het dalend aantal 18 jarigen en de concurrentie op de studiemarkt tussen diverse sectoren zal ook de komende jaren voor een verhoogde strijd om de studenten  leiden. 

Eerst een grafiek met de geïndexeerde evolutie van 18 jarigen in de Vlaamse gemeenschap en het aantal 1ste jaars studenten verpleegkunde tussen 1980 en 2017, dus een termijn van 37 jaar. Tot 1995 was de aantrek van verpleegstudies lager dan het aandeel 18 jarigen in de bevolking. Daarna bleef dat gelijk tot 2007 waarna de aantrek van verpleegstudies de hoogte inschoot, mede door campagnes om de instroom te verhogen en de forse verhoging van de instroom van werkzoekenden na de bankencrisis van 2008.


 
In onderstaande grafiek zijn de werkzoekenden en werknemers uit het project 600 weggelaten zodat de evolutie van de 18 jarigen kan gesteld tegenover de gewone studenten die in hoofdzaak 18 jarigen zijn. Het tijdsbestek is kleiner zodat de grafiek meer 'gerekt' is maar toch duidelijk aangeeft dat de daling van de aantrek tussen 1997 en 2000 te stoppen.



Als we de evolutie van de 'gewone student', dus zonder werkzoekenden of werkenden uit het project 600 uitzetten tegenover de evolutie van de 18 jarigen in de Vlaamse gemeenschap (Vlaams gewest + 20 Brussels gewest) dan zien we na 2005 een alsmaar stijgend aandeel van jongeren die voor verpleegstudies opteerden. Een stijging die na een kleine terugval in 2009, veroorzaakt door hopelijk een laatste aanval op het statuut van de Gediplomeerde verpleegkundigen, tot 2015/2016 is doorgegaan en in het schooljaar 2016/2017 een dip kent, die allicht 'structureel' is gezien de strijd om de werknemers zich meer en meer zal vertalen in een strijd om de studenten, die in aantal daarbij ook nog eens afnemend zijn. Voor verpleegkunde hoeft dat niet onmiddellijk dramatisch te zijn gezien de reserves die zijn opgebouwd en de flexibiliteit waarbij men antwoorden op eventuele tekorten kan opvangen, zoals bv een volledige herwaardering van de functie van logistiek assistent in de ziekenhuizen, functie waar trouwens duizenden opgeleide werklozen voor in de wachtkamer van de werkloosheid zitten.

Maar niet uit te sluiten is dat zoals voor andere beroepen of sectoren trouwens, nieuwe arbeidsimmigratie de kloof zal overbruggen die de tekorten nog zullen slaan, voor de kinderen van de vluchtelingen als volwaardige Belgische burgers het kunnen overnemen. De EU, die intussen is uitgebreid met alle Balkanlanden (Tsjechië, Slovenië en Hongarije behoren niet tot de Balkan, die kunnen desgevallend samen met Groot-Brittannië en Amerika hun eigen magere boontjes doppen) zal voldoende personeel, ook in de gezondheidssectoren toeleveren om de verder uitgebouwde welzijns- en gezondheidszorg professioneel te bemannen en bevrouwen.

3. De vooravond van een nieuw tijdperk

Zoals voor alle landen in de wereld is de toekomst af te lezen uit het verleden en wat de socio-demografische context is waarin de toekomst zich uittekent. Sociologie, inzonder npdata heeft instrumenten ontwikkeld om het verleden te begrijpen en vooruit te zien op de toekomst. Zeker nu de tekenen meer en meer zichtbaar worden kan al gesproken worden van de vooravond van een nieuw tijdperk dat vooral zal bestaan in de strijd om de werknemer, niet om economisch conjuncturele redenen, die zijn versterkend, maar om demografische redenen, dwz geboorten zullen pas binnen 25 jaar een impact hebben op de arbeidsmarkt en intussen zal de volledige babyboom uit de arbeidsmarkt verdwenen zijn. Volgende factoren zullen evenwel de toekomst mee bepalen:

1. Tewerkstellingsperspectief, activering en kwalificering van de werklozen en bestaansonzekeren
2. Verhoogd aanbod op de arbeidsmarkt van de alsmaar groeiende groep werknemers met migratieachtergrond
3. Verminderende impact van discriminaties op de arbeidsmarkt
4. Inschakelen van vrouwen zonder exclusie omwille van hoofddoek
5. Valoriseren van het werkpotentieel van gehandicapten
6. Langer werken omwille van een uitbreiding van de eindeloopbaanregeling van de Non-Profit voor alle werknemers.

7. Nieuwe immigratie die sectoraal de blijvende tekorten zal ondervangen.
8. Kinderen van de vluchtelingen zullen de komende decennia mee alle kwalificaties leveren waaraan de samenleving behoefte heeft.
9. De fabeltjes van robotisering zullen definitief tot het verleden behoren.
10. Sociale en bestaanszekerheid zullen mede door deze groeiende tewerkstelling beter verzekerd zijn
11. Samenleving en politiek zullen beter gewapend zijn om tijdelijke terugval en banken-/economische crisissen op te vangen.
12. De publieke dienstverlening zal een alsmaar groter deel van de loontrekkende tewerkstelling omvatten, nu reeds 46%, binnen enkele jaren meer dan de helft, hetgeen van Belgische het meest van alle landen verder crisisbestendig maakt.
13. De armoede zal in dit kader zowel door tewerkstelling teruggedrongen worden als langs specifieke aanpak van kansarmoede en zo een beter perspectief geven aan generaties die er in gevangen zijn.

4. Generatiewissel, de motor van alsmaar hogere jongerentewerkstelling

Zie BuG 274 on-line voor de generatiewisseling 1950-2040 voor alle landen van de wereld, met telkens 2 x 6 grafieken. We pikken er twee uit voor België:
   


 


De werkloosheid in het laatste decennium is peanuts bij wat het was in de jaren tachtig toen er een continue en hoog overschot was van instromende jonggeren tav een langdalend aantal uitstromers uit de arbeidsmarkt. Fons Leroy, een specialist in arbeidsmarkt en werkloosheid laat niet na daarop te wijzen. Pas in 1995 is het overschot op de generatiewissel beginnen dalen en zal in 2020 haar laagste niveau bereiken van -20%. Let wel, in 2020 zal het negatief saldo de vijftien volgende jaren, dwz tot 2035 oplopen tot -20%. Deze evolutie is dus nog maar pas begonnen, het begin van een nieuw tijdperk! De huidige situatie, afgelezen in het generatiewisselperspectief in 2001, dit is de berekening van het aantal 10-24 jarigen die in 201 gereed stonden om de 50-64 jarigen op dat ogenblik te vervangen, nog een situatie van overschot die al volledig ondervangen is door de stijging van de werkgelegenheid de laatste 5 jaar. Want in de generatiewisseling wordt (en kan) nog geen rekening gehouden met de groei van de tewerkstelling. Zelfs een (tijdelijke) daling ervan is uit dat oogpunt niet dramatisch. Met doet deze 'werkelijkheden' wel willen zien en mee verrekenen. 

Het is geen tijd voor defaitisme en laat maar gaan maar van de kansen te zien, niet omdat de politieke of de economie ze zou aanreiken  door besparingen of tax-shifts- die zijn enkel eenzijdige verrijking voor vermogensbezitters - maar omdat de deze structurele verandering van de arbeidsmarkt demografisch in de sterren geschreven stond en staat.

De huidige afbraakpolitiek, beperking van migratie en asiel, verhoging van de willekeur in uitwijzingen zijn een verliezersbod van politieke partijen die weten dat ze uitgeteld zijn en afgedaan hebben. De rekening zal hen de volgende jaren politiek voorgelegd worden in de verkiezingen. Wie de toekomst niet wil of kan zien, is gedoemd in het verleden, de nostalgie en het nationaal defaitisme te leven en politiek uitgeschakeld te worden, zij het niet langs de verkiezingen, dan mogelijk langs de volksopstanden en eventueel revoluties.

5. Heeft Zuhal Demir nu al de trein gemist?

En Zuhal Demir, als nieuwe staatssecretaris voor de armoede zal mogen afgerekend worden op de mate waarin ze de besparingsobsessie, ondermeer bij de N-VA een halt kan toeroepen en omkeren in een versterking van sociale en bestaanszekerheid die essentieel zijn om ook de 'armen' mee in de dynamieken van het 'nieuwe tijdperk' een nieuwe start te geven.

Dat Zuhal Demir spreekt over de 'slachtofferrol" belooft niet veel goed. Dat is het verleden miskennen (werkloosheid eigen schuld dikke bult) en de toekomst niet zien (ikzelf  en de politiek zullen daar eindelijk een eind aan stellen). Misschien wordt ze wel een nieuwe Morel, maar een die die van N-VA naar het middenveld overgaat, plaats waar ze eigenlijk thuishoort.

6. Zo, en nu terug naar de verpleegstudenten,
Tabel met alle gegevens verpleegstudies 1980-2017

Verpleegstudenten HBO5 en Bachelor Vlaanderen 1980-2017
  Eerstejaars Totaal
  HBO5 (A2) Bachelor Totaal HBO5 (A2) Bachelor Totaal
80/81  2.336 2.545 4.881 5.622 6.238 11.860
81/82  2.542 2.790 5.332 6.074 6.545 12.619
82/83  2.470 2.602 5.072 6.128 6.445 12.573
83/84  2.390 2.468 4.858 6.172 6.339 12.511
84/85  2.183 2.264 4.447 5.652 6.030 11.682
85/86  1.983 2.141 4.124 5.218 5.679 10.897
86/87 1.628 2.061 3.689 4.666 5.343 10.009
87/88  1.625 2.248 3.873 4.390 5.468 9.858
88/89  1.434 2.321 3.755 4.045 5.658 9.703
89/90  1.348 1.885 3.233 3.783 5.336 9.119
90/91  1.199 1.790 2.989 3.275 5.092 8.367
91/92  1.238 1.959 3.197 3.066 4.956 8.022
92/93  1.340 1.950 3.290 3.187 4.981 8.168
93/94  1.528 2.253 3.781 3.562 5.527 9.089
94/95  1.677 2.372 4.049 3.910 5.791 9.701
95/96 1.491 2.425 3.916 3.888 6.048 9.936
96/97 1.709 2.596 4.305 4.054 6.231 10.285
97/98 1.678 2.661 4.339 4.106 6.092 10.198
98/99 1.532 2.614 4.146 4.075 6.062 10.137
99/00 1.400 2.138 3.538 3.725 5.497 9.222
00/01 1.630 2.009 3.639 3.932 5.135 9.067
01/02 1.597 1.986 3.583 4.016 4.666 8.682
02/03 1.605 2.170 3.775 4.204 4.984 9.188
03/04 1.794 2.325 4.119 4.328 5.135 9.463
04/05 1.640 2.243 3.883 4.343 5.689 10.032
05/06 1.577 2.263 3.840 4.247 5.739 9.986
06/07 1.791 2.746 4.537 4.402 6.108 10.510
07/08 1.777 2.665 4.442 4.414 6.400 10.814
08/09 2.024 3.071 5.095 4.880 7.110 11.990
09/10 2.378 3.565 5.943 5.314 7.844 13.158
10/11 2.566 3.608 6.174 5.932 8.558 14.490
11/12 2.830 3.880 6.752 6.559 9.233 15.652
12/13 3.001 3.932 6.933 6.960 9.519 16.479
13/14 3.415 3.938 7.353 7.524 9.768 17.292
14/15 3.181 4.088 7.269 7.823 9.962 17.785
15/16 3.240 4.512 7.752 7.759 10.501 18.260
16/17 2.862 4.177 7.039 7.292 10.593 17.885
Ev.    16/17 -378 -334 -712 -467 92 -375
Ev.% 16/17 -11,7% -7,4% -9,2% -6,0% 0,9% -2,1%



Het aantal 1ste jaars verpleegstudenten is dus gedaald met 9,2%. Zelfs het totaal aantal studenten, na uitval in het 2de en 3de jaar zakt onder de 18.000 leerlingen, nadat vorig schooljaar het eerst de kaap van de 18.000 werd bereikt.

Een opdeling van verpleegstudenten in 'gewone' studenten, werkzoekenden en werkenden (project 600) maakt duidelijk waar deze terugval te situeren valt. We geven hieronder het detail van deze evolutie onderscheiden voor HBO5, Bachelor en het totaal, in aantallen en %, in tabellen en grafieken.
   

1ste jaars verpleegkunde HB05: gewone, werkzoekende, werkende 1992-2017
  Gewone Volwassenen Algem. Gewone Volwassenen Algem.
  student Wkz. Wknd Totaal totaal student Wkz. Wknd Totaal totaal
92/93 1.320 20 0 20 1.340 98,5% 1,5% 0,0% 1,5% 100%
93/94 1.498 30 0 30 1.528 98,0% 2,0% 0,0% 2,0% 100%
94/95 1.613 64 0 64 1.677 96,2% 3,8% 0,0% 3,8% 100%
95/96 1.418 73 0 73 1.491 95,1% 4,9% 0,0% 4,9% 100%
96/97 1.588 121 0 121 1.709 92,9% 7,1% 0,0% 7,1% 100%
97/98 1.486 192 0 192 1.678 88,6% 11,4% 0,0% 11,4% 100%
98/99 1.412 120 0 120 1.532 92,2% 7,8% 0,0% 7,8% 100%
99/00 1.309 91 0 91 1.400 93,5% 6,5% 0,0% 6,5% 100%
00/01 1.222 93 315 408 1.630 75,0% 5,7% 19,3% 25,0% 100%
01/02 1.323 142 132 274 1.597 82,8% 8,9% 8,3% 17,2% 100%
02/03 1.288 242 75 317 1.605 80,2% 15,1% 4,7% 19,8% 100%
03/04 1.242 398 155 553 1.794 69,2% 22,2% 8,6% 30,8% 100%
04/05 1.097 465 78 543 1.640 66,9% 28,4% 4,8% 33,1% 100%
05/06 1.044 509 24 533 1.577 66,2% 32,3% 1,5% 33,8% 100%
06/07 1.171 524 96 620 1.791 65,4% 29,3% 5,4% 34,6% 100%
07/08 1.280 457 41 498 1.777 72,0% 25,7% 2,3% 28,0% 100%
08/09 1.277 597 150 747 2.024 63,1% 29,5% 7,4% 36,9% 100%
09/10 1.485 758 135 893 2.378 62,4% 31,9% 5,7% 37,6% 100%
10/11 1.371 1.020 175 1.195 2.566 53,4% 39,8% 6,8% 46,6% 100%
11/12 1.806 851 173 1.024 2.830 63,8% 30,1% 6,1% 36,2% 100%
12/13 1.803 1.050 148 1.198 3.001 60,1% 35,0% 4,9% 39,9% 100%
13/14 1.954 1.352 109 1.461 3.415 57,2% 39,6% 3,2% 42,8% 100%
14/15 1.862 1.191 128 1.319 3.181 58,5% 37,4% 4,0% 41,5% 100%
15/16 1.975 1.100 165 1.265 3.240 61,0% 34,0% 5,1% 39,0% 100%
16/17 1.801 931 130 1.061 2.862 62,9% 32,5% 4,5% 37,1% 100%
Evol -174 -169 -35 -204 -378 46,0% 44,7% 9,3% 54,0% 100%
% Evol -8,8% -15,4% -21,2% -16,1% -11,7%          

 
Merk de hoogte van het % Werkzoekenden en Werken bij de HBO5 verpleegstudenten: 46,6% in 2010 en nog 37,1%  in 2016/17. Het aandeel in de vermindering in 2016/17 is 54%.
  

1ste jaars verpleegkunde Bachelor: gewone, werkzoekende, werkende 1992-2017
  Gewone Volwassenen Algem. Gewone Volwassenen Algem.
  student Wkz. Wknd Totaal totaal student Wkz. Wknd Totaal totaal
92/93 1.950 0 0 0 1.950 100,0% 0,0% 0,0% 0,0% 100%
93/94 2.243 10 0 10 2.253 99,6% 0,4% 0,0% 0,4% 100%
94/95 2.342 30 0 30 2.372 98,7% 1,3% 0,0% 1,3% 100%
95/96 2.366 59 0 59 2.425 97,6% 2,4% 0,0% 2,4% 100%
96/97 2.543 53 0 53 2.596 98,0% 2,0% 0,0% 2,0% 100%
97/98 2.587 74 0 74 2.661 97,2% 2,8% 0,0% 2,8% 100%
98/99 2.528 86 0 86 2.614 96,7% 3,3% 0,0% 3,3% 100%
99/00 2.068 70 0 70 2.138 96,7% 3,3% 0,0% 3,3% 100%
00/01 1.872 66 71 137 2.009 93,2% 3,3% 3,5% 6,8% 100%
01/02 1.879 65 42 107 1.986 94,6% 3,3% 2,1% 5,4% 100%
02/03 2.063 72 35 107 2.170 95,1% 3,3% 1,6% 4,9% 100%
03/04 2.172 114 39 153 2.325 93,4% 4,9% 1,7% 6,6% 100%
04/05 2.019 206 18 224 2.243 90,0% 9,2% 0,8% 10,0% 100%
05/06 2.079 170 14 184 2.263 91,9% 7,5% 0,6% 8,1% 100%
06/07 2.544 175 27 202 2.746 92,6% 6,4% 1,0% 7,4% 100%
07/08 2.490 155 20 175 2.665 93,4% 5,8% 0,8% 6,6% 100%
08/09 2.874 172 25 197 3.071 93,6% 5,6% 0,8% 6,4% 100%
09/10 3.276 256 33 289 3.565 91,9% 7,2% 0,9% 8,1% 100%
10/11 3.241 335 32 367 3.608 89,8% 9,3% 0,9% 10,2% 100%
11/12 3.558 295 27 322 3.880 91,7% 7,6% 0,7% 8,3% 100%
12/13 3.521 375 36 411 3.932 89,5% 9,5% 0,9% 10,5% 100%
13/14 3.482 427 29 456 3.938 88,4% 10,8% 0,7% 11,6% 100%
14/15 3.806 255 27 282 4.088 93,1% 6,2% 0,7% 6,9% 100%
15/16 4.266 221 25 246 4.512 94,5% 4,9% 0,6% 5,5% 100%
16/17 4.046 121 10 131 4.177 96,9% 2,9% 0,2% 3,1% 100%
Evol -219 -100 -15 -115 -334 65,6% 29,9% 4,5% 34,4% 100%
% Evol -5,1% -45,2% -60,0% -46,7% -7,4%          

  
Bij de Bachelors is het aandeel Werkzoekenden/Werkenden veel lager, 11,6% in 2013/2014 maar het is volledig ingestort vanaf 2015, allicht ook wegens de verlenging van de studieduur. Dat is ook duidelijk doordat 1/3 van de vermindering in 2016/17 in dit segment gebeurt.
   

1ste jaars verpleegkunde: gewone, werkzoekende, werkende 1992-2015
  Gewone Volwassenen Algem. Gewone Volwassenen Algem.
  student Wkz. Wknd Totaal totaal student Wkz. Wknd Totaal totaal
92/93 3.270 20 0 20 3.290 99,4% 0,6% 0,0% 0,6% 100%
93/94 3.741 40 0 40 3.781 98,9% 1,1% 0,0% 1,1% 100%
94/95 3.955 94 0 94 4.049 97,7% 2,3% 0,0% 2,3% 100%
95/96 3.784 132 0 132 3.916 96,6% 3,4% 0,0% 3,4% 100%
96/97 4.131 174 0 174 4.305 96,0% 4,0% 0,0% 4,0% 100%
97/98 4.073 266 0 266 4.339 93,9% 6,1% 0,0% 6,1% 100%
98/99 3.940 206 0 206 4.146 95,0% 5,0% 0,0% 5,0% 100%
99/00 3.377 161 0 161 3.538 95,4% 4,6% 0,0% 4,6% 100%
00/01 3.094 159 386 545 3.639 85,0% 4,4% 10,6% 15,0% 100%
01/02 3.202 207 174 381 3.583 89,4% 5,8% 4,9% 10,6% 100%
02/03 3.351 314 110 424 3.775 88,8% 8,3% 2,9% 11,2% 100%
03/04 3.414 512 194 706 4.119 82,9% 12,4% 4,7% 17,1% 100%
04/05 3.116 671 96 767 3.883 80,2% 17,3% 2,5% 19,8% 100%
05/06 3.123 679 38 717 3.840 81,3% 17,7% 1,0% 18,7% 100%
06/07 3.715 699 123 822 4.537 81,9% 15,4% 2,7% 18,1% 100%
07/08 3.770 612 61 673 4.442 84,9% 13,8% 1,4% 15,1% 100%
08/09 4.151 769 175 944 5.095 81,5% 15,1% 3,4% 18,5% 100%
09/10 4.761 1.014 168 1.182 5.943 80,1% 17,1% 2,8% 19,9% 100%
10/11 4.612 1.355 207 1.562 6.174 74,7% 21,9% 3,4% 25,3% 100%
11/12 5.364 1.146 200 1.346 6.710 79,9% 17,1% 3,0% 20,1% 100%
12/13 5.324 1.425 184 1.609 6.933 76,8% 20,6% 2,7% 23,2% 100%
13/14 5.436 1.779 138 1.917 7.353 73,9% 24,2% 1,9% 26,1% 100%
14/15 5.668 1.446 155 1.601 7.269 78,0% 19,9% 2,1% 22,0% 100%
15/16 6.241 1.321 190 1.511 7.752 80,5% 17,0% 2,5% 19,5% 100%
16/17 5.847 1.052 140 1.192 7.039 83,1% 14,9% 2,0% 16,9% 100%
Evol -393 -269 -50 -319 -712 55,2% 37,8% 7,0% 44,8% 100%
% Evol -6,3% -20,4% -26,3% -21,1% -9,2%          




Het was Herman coseyns van het HBOV Brugge die in 1992 op het lumineuze
 idee kwam om in samenspraak met de VDAB Brugge werklozen opleiodings-
mogelijkheid te geven in het dagonderwijs van z'n verpleegschool.
Op pensioen is Herman enkele jaren geleden aan kanker overleden,
maar z'n erfenis heeft al aan 16.253 werklozen perspectief gegeven.

 


Als het procentueel aandeel van elke deelgroep wordt berekent wordt duidelijk dat, ook al het aantal ste jaar bij elke groep dalend, het vooral bij Werkzoekenden en Werkenden doorweegt, zodat de 'gewone studenten' zich relatief verhogen.
   

7. Evolutie aantal verpleegstudenten

7.1. Absolute aantallen 1ste jaars en totaal
 


 

  

7.2. Evolutie in % van 18 jarigen - Totaal


 


7.3. Evolutie per leerjaar







8. Evolutie aandeel HBO5 in het totaal verpleegkunde en de diverse statut

8.1. Aandeel HB05: evolutie 1stejaars en totaal 1980-2017



8.2. Aandeel HB05: evolutie 1ste jaars per statuut, evolutie 1992-2016
    

 % HBO5 op 1ste jaars verpleegstudenten
  Gewone Volwassenen Algem.
  student Werkz. Pr. 600 Totaal totaal
92/93 40% 100%   100% 41%
93/94 40% 75%   75% 40%
94/95 41% 68%   68% 41%
95/96 37% 55%   55% 38%
96/97 38% 70%   70% 40%
97/98 36% 72%   72% 39%
98/99 36% 58%   58% 37%
99/00 39% 57%   57% 40%
00/01 39% 58% 82% 75% 45%
01/02 41% 69% 76% 72% 45%
02/03 38% 77% 68% 75% 43%
03/04 36% 78% 80% 78% 44%
04/05 35% 69% 81% 71% 42%
05/06 33% 75% 63% 74% 41%
06/07 32% 75% 78% 75% 39%
07/08 34% 75% 67% 74% 40%
08/09 31% 78% 86% 79% 40%
09/10 31% 75% 80% 76% 40%
10/11 30% 75% 85% 77% 42%
11/12 34% 74% 87% 76% 42%
12/13 34% 74% 80% 74% 43%
13/14 36% 76% 79% 76% 46%
14/15 33% 82% 83% 82% 44%
15/16 32% 83% 87% 84% 42%
16/17 31% 88% 93% 89% 41%

 
9. De (ogenschijnlijke ?) tegenspraak van stijgende discriminatie.

Betekent de vaststelling van Unia van stijging van discriminatie voor jobs van personen met een migratieachtergrond een stijging van de beknotting van de arbeidskans? Diverse factoren spelen hier mee en moeten met elkaar in verhouding gesteld:
1. Tav het aantal aangeboden jobs, als deze stijgen zullen ook de absolute aantallen discriminatie (kunnen) stijgen)
2. Aantal werknemers met migratieachtergrond dat zich aanbiedt voor een job: dit aantal zal de komende decennia alsmaar stijgen, zeker in Brussel
3. Aantal meldingen discriminatie dat stijgt in de mate dat een afwijzing om andere dan jobgerelateerde redenen alsdusdanig ervaren wordt en aanleiding is tot een klacht

Dat er in absolute cijfers meer discriminatie gemeld wordt kan dus wijzen op
1. een groter aanbod van jobs, ook voor mensen met migratieachtergrond
2. een alsmaar groter aanbod van werknemers met migratieachtergrond die zich op markt begeven
3. een alsmaar stijgend bewustzijn wanneer er sprake is van discriminatie

En het is zoals Sammy Mahdi in z'n opinie in DM van 23/02/2017, aangeeft:"Toch stel ik bij de jongste generatie hoogopgeleiden met migratieachtergrond net een verbetenheid vast om te blijven uitgaan van eigen sterktes en willens nillens hun stoutste dromen te verwezenlijken"

10. Nabeschouwing Zorg op maat: het disaster van de liberale budgetfinanciering

Wie nu de desastreuze gevolgen ziet van een verregaande 'liberalisering' van de financiering langs budgetten, niet alleen gehandicapten incluis maar mede of vooral ook door gehandicapten, moet niet te hard klagen over de zorgverlening die niet meer menselijk is. Het is de financiering en het liberale denken dat niet (meer) menselijk is.

 Waar blijven de KVG en VFG als grootste gehandicaptenorgansiaties die de strijd voor het gehandicaptenbelang hebben gestaakt, waar blijven de vakbonden die mede het belang van de gehandicapten tot het hunne moeten maken willen ze voor de werknemers de liberale drainage saneren, waar blijft de CD&V die decennia hebben laten passeren zonder structurele veranderingen, waar blijven de Groenen die het meeste boter op hun hoofd hebben met het eigenzinnige en niet overlegd decreet op de persoonsvolgende fiannciering van 2001. Is het wachten op Minister Vervotte om alles (terug) in goede banen te leiden, je zou het nog hopen.
 
"Elk greintje menselijkheid is weg uit de zorgverlening",
wordt dan een lachwekkende commentaar op de ernstige aanbreng van Meulenijzer die smeekt om "kwaliteit' ipv de 'budgettendiscussie' en tot overleg met de werknemers ipv met marktgericht managers. Dat het niveau van de debattanten en Bart Schols in deze discussie over gehandicaptenzorg weer bedroevend laag lag mag bij de VRT-bonzen toch eens een belletje doen klingelen. Schuif dan zo een thema maar eerder door naar de Ter Zake redactie.

11. Project 600: wie verpleegkunde wil aanvatten ongeacht de huidige functie in de gezondheidssectoren, zie alle info documentatie en inschrijvingsformulieren op Project 600

Jan Hertogen,
socioloog