BuG
259 – Bericht uit het Gewisse – 06 maart 2015
BuG
259 on-line
Printversie (13p)
Bevolkingsimplosie i.p.v. -explosie in het Brusselse gewest?
Voor het eerst bevolkingsdaling in Schaarbeek (-1,8%), Sint-Gillis
(-1,2%),
Sint-Joost (-1,2%), Molenbeek (-0,1%) en Ukkel (-0,03%) op
01/01/2015.
Zie tabel
Bevolkingsevolutie 1831-2015 in alle gemeenteen
in België
Update: Aantallen voor 2015 zijn voorlopige cijfers van het
Rijksregister. Een
vergelijking van de RR-cijfers van 01/02/2014 en de definitieve AD
SEI-cijfers
laten een stijging van 0,1% zien tussen AD SEI en R voor België en het
Waals en
Vlaams en Waals gewest, voor Brussel +07%. Worden de cijfers van RR op
01/02/2014 vergeleken met deze van 01/02/2015 dan daalt ook hier nog de
bevol-
king in Schaarbeek, Sint-Gilis en Sint-Joost, maar minder uitgesproken.
Van een mogelijke' implosie' is dan niet echt sprake maar er zijn
dynamieken
aan het werk met duidelijke impact op de bevolkingsevolutie (10/03/2015)
Bovenstaande grafiek is opgemaakt met de 'vergelijkbare' telling door het
Rijksregister
op 01/02 van elk jaar. De tendensen voor de helft van de Brusselse
gemeenten is duidelijk,
een neergaande trend wat bevolkingsevolutie betreft. Bevolkingsimplosie is
dan misschien
wat sterk uitgedrukt, maar in het oog te houden en niet uit te sluiten.
(update 11/03/2015)
Ondermeer ter stoffering van de Masterclasses van 't
ADT-ATO (Agentschap voor
Territoriale Ontwikkeling) en Brussels Academy met op 30/03/2015 om 18h
een
publieksconferentie door Patrick Deboosere over Brussel, tussen
Bevolkings-
explosie en Stadsvlucht, met op 31/03/2015 een seminarie voor
deskundigen.
Bovenstaande grafiek is opgemaakt op
basis van de tabel 1831-2015
Inhoud, met rechtstreekse link om
naar het betreffende onderdeel te gaan
1. Is de daling in 2014 het
gevolg van ambtelijke schrappingen?
2. Nu al normalisering van de
bevolkingsevolutie in Brussel?
3. Evolutie Bevolking
Brussels Hoofdstedelijk gewest de laatste kwarteeuw
4. Bevolkingsevolutie na WO2 van enkele gemeenten nader
bekeken
5. Vertraging van de bevolkingsgroei
door beperkt woonaanbod?
6. Bevolkingsevolutie in het
Brusselse gewest 2010-2014 naar leeftijd
1. Is de daling in 2014 het gevolg van ambtelijke
schrappingen?
Het Brussels Instituut voor Statistiek en Analyse, zeg maar het
BISA, vroeg het zich al af op
30/07/2014 in Brusselnieuws: "Waarschijnlijk was de
bevolkingsgroei in de piekjaren wat overschat en zien we nu een
correctie (in 2013 nvdr)", aldus nog Jean-Pierre Hermia.
"We verwachten in elk geval dat de groei in 2014 opnieuw toeneemt omdat
het effect van de massale schrapping weg is." Welnu de groei, die in
2013 al gehalveerd was, van +15.781 naar +8.851, is nog eens gehalveerd
in 2014 tot +4.465 met voor het eerst een negatief saldo in 5 van de 19
Brusselse gemeenten.
"Gemeenten met een groot bevolkingsverloop vertonen een opvallende
stijging in het aantal schrappingen", zo stelt Jean-Pierre Hermia,
het hoofd van het BISA nog. "In heel Brussel zijn vorig jaar zo bijna
20.000 inwoners geschrapt. Een jaar eerder waren er dat maar goed
13.000. Absolute koploper is Elsene, waar meer dan 3.600 mensen uit de
registers geschrapt werden, drie keer meer dan een jaar eerder. Het is
mogelijk dat veel van de geschrapte personen de gemeente al eerder
hadden verlaten, en in voorgaande jaren dus onterecht meegeteld werden."
Of de doorzettende trend van minder groei en bevolkingsafname op
andere fenomenen wijst dan op de ambtelijke schrappingen is maar de
vraag. Voor 2013 was dat zeker zo, maar men kan niet blijven schrappen,
en zoveel Syriëstrijders zijn er nu in Brussel ook weer niet.
In bovenstaande grafiek wordt per jaar tussen 1989 en
2013 het schrappingsaldo opgelijst, onderscheiden voor Belgen en
Vreemdelingen. Vanaf 2009 wordt een grotere ijver aan de dag gelegd om
personen die niet meer op hun officiële adres wonen, vastgesteld na 3
politionele controles, en die ook niet in een andere gemeente aanwezig
zijn, na controle door het rijksregister, door een beslissing van de
gemeenteraad uit het Belgische bevolkingsregister te schrappen, zij
worden beschouwd als gemigreerd, en dus ook bij het aantal emigraties
geteld. Elkeen kan inzien dat op die wijze het 'migratiesaldo' daalt,
tot meerdere eer en glorie van het migratiebeleid dat dan zogezegd
effect ressorteert. Zien wat het schrappingsaldo voor 2014 meebrengt.
2. Nu al normalisering van de bevolkingsevolutie in
Brussel?
Bevolkingsexplosie in Brussel, tegen 2020 150.000
inwoners erbij, vooral vanuit de lichtjes afnemende immigratie en het
groeiende natuurlijk saldo. Hoe zit het dan met de stelling dat
immigratie maar komt en groeit in de mate er woongelegenheid voorhanden of
vrijgekomen is. Nog nooit werden in België woningen gebouwd of gereed
gemaakt voor immigratie. Enkel wanneer woningen leegkwamen zijn er
migranten gekomen. Dat was al zo voorzien door de politici die in de
50tiger- en 60tiger jaren akkoorden sloten met verschillende landen om de ontvolking van de grotere steden te counteren. Deze (wijze) beslissing
heeft uiteindelijk pas in het begin van het nieuwe millennium de
bevolkingsdaling doen keren met een langzame opbouw naar de vroegere
bevolkingscijfers, of laat ons zeggen het bevolkingsniveau dat zou
bereikt zijn indien er geen sprake was geweest van bevolkingsdaling.
In
BuG
254 wordt uiteengezet hoe deze bevolkingsdaling opgevuld is door
immigratie, zodanig dat op 55 jaar tijd Brussel geëvolueerd is van een
stad met 7,2% inwoners met migratieachtergrond in 1958 tot 72%
met
migratieachtergrond in 2013. We hernemen nog even de samenvattende grafiek
die deze bevolkingsdynamiek tot 2013 illustreert. Voor alle deelgrafieken
zie Brussel Gewest
Set van 6 grafieken.
Belangrijk om zien is dat de immigratie (groene lijn) voor
het Brusselse Hoofdstedelijk gewest niet meer voldoende is om de
binnenlandse verhuis uit Brussel te compenseren en dat het enkel de
verhoging is van het geboortecijfer dat voor een langzamer groeiende
bevolking zorgt. Maar dat is blijkbaar niet voldoende meer om voor een
bevolkingsgroei te zorgen in Schaarbeek, Sint-Gillis, Sint-Joost-ten-Node
en Sint-Jans-Molenbeek. Vraag blijft of deze evolutie zich zal doorzetten
en ook in andere gemeenten zichtbaar wordt. Brussel stad, bv kent wél een
bevolkingsgroei met +2,3% na een beperkte groei met +1,2% en 1,1% de
2 voorgaande jaren.
Bevolkingsevolutie van jaar op jaar in de 19 gemeenten in Brussel -
update tabel
Bevolkingsevolutie in de Brusselse gemeenten 2010-2015 |
Gemeente |
Bevolk. 2010 |
2010-
2011 |
2011-
2012 |
2012-
2013 |
2013-
2014 |
2014-
2015 |
2010-
2015 |
Bevolk. 2010 |
Schaarbeek |
121.232 |
4.424 |
2.091 |
2.840 |
1.017 |
-2.324 |
8.048 |
129.280 |
Sint-Gillis |
46.981 |
1.458 |
1.053 |
885 |
83 |
-626 |
2.853 |
49.834 |
Sint-Joost-ten-Node |
26.338 |
1.020 |
-224 |
73 |
240 |
-321 |
788 |
27.126 |
Sint-Jans-Molenbeek |
88.181 |
3.552 |
2.160 |
760 |
201 |
-53 |
6.620 |
94.801 |
Ukkel |
77.589 |
699 |
1.322 |
877 |
602 |
-24 |
3.476 |
81.065 |
Watermaal-Bosvoorde |
24.260 |
-11 |
54 |
164 |
-59 |
11 |
159 |
24.419 |
Sint-Pieters-Woluwe |
39.077 |
417 |
543 |
498 |
306 |
53 |
1.817 |
40.894 |
Vorst |
50.258 |
1.580 |
1.474 |
712 |
500 |
53 |
4.319 |
54.577 |
Koekelberg |
19.812 |
449 |
400 |
364 |
292 |
142 |
1.647 |
21.459 |
Ganshoren |
22.589 |
470 |
324 |
281 |
172 |
174 |
1.421 |
24.010 |
Sint-Agatha-Berchem |
22.185 |
585 |
161 |
479 |
280 |
183 |
1.688 |
23.873 |
Etterbeek |
44.352 |
905 |
245 |
726 |
199 |
184 |
2.259 |
46.611 |
Oudergem |
30.811 |
597 |
555 |
387 |
210 |
221 |
1.970 |
32.781 |
Anderlecht |
104.647 |
3.265 |
3.367 |
2.183 |
1.716 |
309 |
10.840 |
115.487 |
Evere |
35.803 |
689 |
517 |
355 |
593 |
359 |
2.513 |
38.316 |
Jette |
46.818 |
1.129 |
858 |
606 |
826 |
442 |
3.861 |
50.679 |
Sint-Lambrechts-Woluwe |
50.749 |
766 |
356 |
721 |
726 |
526 |
3.095 |
53.844 |
Elsene |
80.183 |
2.019 |
1.223 |
791 |
-884 |
1.186 |
4.335 |
84.518 |
Brussel |
157.673 |
5.537 |
3.287 |
2.079 |
1.831 |
3.970 |
16.704 |
174.377 |
Brussel Hoofdst. Gewest |
1.089.538 |
29.550 |
19.766 |
15.781 |
8.851 |
4.465 |
78.413 |
1.167.951 |
Merk de bevolkingstoename in het Brussels Hoofdstedelijk gewest van 29.550
in 2010 en de daling ervan tot 4.465 in 2014. Aan dat ritme zal Brussel in
2015 amper 25.000 inwoners bij krijgen tegen 2020, vooruitzichten die
uitgingen van de aangroei tussen 2010-2012 konden een projectie maken van
170.000 bijkomende inwoners tegen 2020.
Enkel Brussel en Elsene (studentengemeente) zorgden in 2014 nog voor enige
bevolkingstoename. Als dat ook in Brussel-stad stilvalt dan kan er
misschien de volgende jaren sprake zijn van een zekere bevolkingsimplosie. Zeker
ook als de gesettelde migratie meer en meer uitkijkt naar de 1ste en de
2de rand, zoals recent geanalyseerd in het onderzoek van de provincie
Brabant uitgevoerd door
Filip De Maesschalck, Tine De
Rijck en Vicky Heylen, zie hun recent en
uiterst belangwekkend rapport met uniek cijfermateriaal:
Over de grens, sociaal
ruimtelijke relaties tussen Brussel en Vlaams Brabant. Moeilijk te
begrijpen dat enkel in
Le Soir van 23/02/2015 een bespreking van dit rapport terug te vinden
is, alle andere media hebben het straal genegeerd.
% evolutie bevolking t.a.v. voorgaand jaar in de 19 gemeenten
Bevolkingsevolutie 19 Brussselse gemeente in % tav voorgaand jaar en
totaal |
Gemeente |
2010-2011 |
2011-2012 |
2012-2013 |
2013-2014 |
2014-2015 |
2010-2015 |
Schaarbeek |
3,6% |
1,7% |
2,2% |
0,8% |
-1,8% |
6,6% |
Sint-Gillis |
3,1% |
2,2% |
1,8% |
0,2% |
-1,2% |
6,1% |
Sint-Joost-ten-Node |
3,9% |
-0,8% |
0,3% |
0,9% |
-1,2% |
3,0% |
Sint-Jans-Molenbeek |
4,0% |
2,4% |
0,8% |
0,2% |
-0,1% |
7,5% |
Ukkel |
0,9% |
1,7% |
1,1% |
0,7% |
-0,03% |
4,5% |
Watermaal-Bosvoorde |
0,0% |
0,2% |
0,7% |
-0,2% |
0,0% |
0,7% |
Vorst |
3,1% |
2,8% |
1,3% |
0,9% |
0,1% |
8,6% |
Sint-Pieters-Woluwe |
1,1% |
1,4% |
1,2% |
0,8% |
0,1% |
4,6% |
Anderlecht |
3,1% |
3,1% |
2,0% |
1,5% |
0,3% |
10,4% |
Etterbeek |
2,0% |
0,5% |
1,6% |
0,4% |
0,4% |
5,1% |
Koekelberg |
2,3% |
2,0% |
1,8% |
1,4% |
0,7% |
8,3% |
Oudergem |
1,9% |
1,8% |
1,2% |
0,6% |
0,7% |
6,4% |
Ganshoren |
2,1% |
1,4% |
1,2% |
0,7% |
0,7% |
6,3% |
Sint-Agatha-Berchem |
2,6% |
0,7% |
2,1% |
1,2% |
0,8% |
7,6% |
Jette |
2,4% |
1,8% |
1,2% |
1,7% |
0,9% |
8,2% |
Evere |
1,9% |
1,4% |
1,0% |
1,6% |
0,9% |
7,0% |
Sint-Lambrechts-Woluwe |
1,5% |
0,7% |
1,4% |
1,4% |
1,0% |
6,1% |
Elsene |
2,5% |
1,5% |
0,9% |
-1,0% |
1,4% |
5,4% |
Brussel |
3,5% |
2,0% |
1,2% |
1,1% |
2,3% |
10,6% |
Brussel Hoofdst. Gewest |
2,7% |
1,8% |
1,4% |
0,8% |
0,4% |
7,2% |
Behoudens Brussel stad
nemen de meeste gemeenten een fikse duik wat bevolkingsaangroei
betreft. Uitgezet op een grafiek wordt dit het best geïllustreerd. Er wordt
geen legende opgegeven maar Brussel en ook Elsene, dat vorig jaar in
negatief zat omwille van een hoog aantal ambtelijke schrappingen, redden voor Brussel de bevolkingsmeubelen.
3. Evolutie Bevolking
Brussels Hoofdstedelijk gewest de laatste kwarteeuw
Uit
Brussel Gewest Set
van 6 grafieken pikken we nog de grafiek op van de laatste kwarteeuw.
Verzwakkend migratiesaldo en natuurlijk saldo, verhuissaldo blijft op een
zelfde niveau negatief, al deze tendensen samen gaven ook al in 2013 een
afname van de bevolkingsgroei te zien. In 2014 zet deze zich dus fors
door. Onderstaande grafiek geeft de samentelling dus de cumul van de diverse
saldo in deze periode.
De administratie van AD SEI heeft ons de loop van de bevolking voor Belgen
en Vreemdelingen voor de laatste jaren apart toegestuurd, zodat we het overzicht vanaf 1989 tot
2013 voor Belgen en Vreemdelingen apart konden updaten. Ook al heeft de
meerderheid van de Belgen in Brussel een migratieachtergrond, toch is het
onderscheid nuttig omdat in Brussel meer dan 30% van de inwoners
vreemdeling is..
Het gecumuleerd migratiesaldo hierboven is de groene lijn, deze wordt
hieronder opgesplitst in Belgen en
Vreemdelingen met het migratiesaldo per jaar, dus niet jaar na jaar
samengeteld.
Het migratiesaldo voor Belgen is negatief, meer Belgen (ook met
migratieachtergrond meegerekend) gaan naar het Buitenland vanuit het
Brusselse gewest dan er (terug) komen. Ook voor het verhuissaldo zijn er
meer Belgen die uit Brussel verhuizen dan vreemdelingen, ook al wordt het
negatieve verhuissaldo voor vreemdelingen groter (de meer uit dan in) de laatste jaren (behalve
2013) en vermindert dat van de Belgen (meer in van uit).
Het natuurlijk saldo geeft pas vanaf 2002 voor vreemdelingen
een stijging aan, dus meer geboorten dan overlijdens, de Belgische
Brusselaars komen uit een dal waarbij meer oude Belgen overleden dan oude
en nieuwe Belgen voor geboorten konden zorgen. Maar dat is omgeslagen met
een gelijkoplopende groei van het natuurlijk saldo voor Belgen en
Vreemdelingen in het Brussels Hoofdstedelijk gewest.
Dit beeld nodigt uit om geboorten en overlijdens eens apart
te bekijken met onderscheid tussen Belgen en Vreemdelingen, die in Brussel
meer dan 30% van de bevolking uitmaken.
De geboorten nemen bij vreemdelingen toe na
2006, periode van toename van de immigratie, terwijl het aantal
overlijdens laag en maar beperkt stijgend is. Bij de 'Belgen' is vanaf
1995 een stijging begonnen die tot 2009 heeft gelopen om dan lichtjes af
te nemen. De overlijdens van de oude Brusselaars zijn langzaam dalend
geworden en stabiliseren door het
ouder worden van de Nieuwe Belgen.
Bovenstaande 2 grafieken geven bij saldo de 3de grafiek hierboven,
je kan hierop even je voorstellingsvermogen oefenen.
Afname of stabilisering
op een laag niveau maakt minder huizen vrij voor nieuwe immigratie.
Borelingen worden opgenomen in reeds gehuisveste gezinnen. Druk op de
woningmarkt en het openen van nieuwe perspectieven geeft een negatief
verhuissaldo in Brussel terwijl de immigratie stagneert, niet zozeer
omwille van het gevoerde beleid, maar door het beperkter ter beschikking
komen van woningen.
Deze gegevens en
grafieken zijn uniek, nog nergens anders gepubliceerd. Dit materiaal is
beschikbaar voor alle gemeenten in België en zal in een van de volgende
BuGs ter beschikking komen.
4. Bevolkingsevolutie na WO2 van enkele gemeenten nader
bekeken
De verwerkte gegevens gaan tot 01/01/2014 en geven dus geen beeld van het
eventuele 'kanteljaar' dat 2014 wel eens kan zijn. Toch geeft het al
enigszins inzicht in de evolutie de laatste jaren waarin de afbrokkeling
van de bevolkingsgroei al zichtbaar was.
Schaarbeek - link
naar de
Set met 6 grafieken - Schaarbeek, hieronder de grafiek na WO2
Na 1951 is in Schaarbeek de bevolkingsdaling begonnen met een onderbreking
in 1963 maar waar vlug een einde aan kwam om vanaf 1966 tot 1995 door te
gaan. In die periode transformeerde Schaarbeek tot een gemeente met meer
dan 80% inwoners met migratieachtergrond, vooral als gevolg van inkomende
migratie gezien het natuurlijk saldo na WO2 tot 1990 op 0 bleef. Pas in
1995 heeft de migratie en dan ook een stijgend natuurlijk saldo de
bevolkingsafname gestopt.
Ook hier lag geen economische noodzaak aan de basis van de immigratie, wel
het vrijkomen van woningen wegens bevolkingsafname en het is deze
leegstand die de aanzuigkracht vormde voor de migratie vanuit het
buitenland. Zonder migratie bestond Schaarbeek eenvoudigweg niet meer.
Zelfs nu zorgt de immigratie op haar eentje voor de uitstroom ui
Schaarbeek door verhuis en komt het bevolkingssaldo uitsluitend op
rekening van het natuurlijk saldo.
Het gebrek aan inzicht in of zicht op deze evolutie en het ontbreken van
politieke democratie heeft gemaakt dat de inwoners van Schaarbeek in grote
mate zijn miskend in hun burger- en mensenrechten, ook al bewoonden ze meer
en meer de grote lanen, de herenhuizen en de arbeidersbuurten. Pas na de
toegang tot de Belgische nationaliteit hebben ook de Schaarbeekse inwoners
meer en meer greep gekregen op het beleid en politieke spel, alhoewel er
nog een hele inhaaloperatie zal nodig zijn om Schaarbeek, samen met alle
andere Brusselse gemeenten de uitstraling (terug) te geven die zij
historisch altijd al gehad hebben.
Sint-Gillis - link naar de
Set met 6 grafieken - Sint-Gillis, hieronder de grafiek na WO2
Volledig hetzelfde beeld
in Sint-Gillis als in Schaarbeek, alhoewel in Sint-Gillis de immigratie
pas in 2000 terug op gang gekomen is, zodat de bevolkingsaangroei die in
2000 langzaam terug op gang kwam pas in 2010 enig allure kreeg.
Sint-Joost-ten-Node -
link naar de
Set met 6 grafieken - Sint-Joost-ten-Node, hieronder de grafiek na WO2
Sint-Joost-ten Node heeft haar bevolking zien verminderen al zeer vroeg na
de oorlog in 1949, dat is een langzaam proces geweest gecombineerd met een
langzaam verminderend natuurlijk saldo. Hoe langzaam ook maar dit dubbel
effect heeft Sint-Joost-ten Node als een van de eerste gemeenten in
Brussel vrijgemaakt voor immigratie. In 1990 was 60% van de bevolking in
Sint-Joost-ten-Node van vreemde nationaliteit.
De uitstroom langs verhuis is zeer groot in Sint-Joost, en het is de
immigratie en een langzaam stijgend natuurlijk saldo na 1980 dat de
bevolking in 2010 opnieuw op het niveau gebracht heeft van 1945. In die
periode is Sint-Joost geevolueerd tot de gemeente met het hoogste %
inwoners met migratieachtergrond., meer dan 90%.
Sint-Jans-Molenbeek -
link naar de
Set met 6 grafieken - Sint-Jans-Molenbeek, hieronder de grafiek na WO2
Tussen 1946 en 1976 was er een gestage bevolkingsontwikkeling in Molenbeek
als gevolg van een voortschrijdend migratiesaldo, dat ook een licht
dalend natuurlijk saldo moest compenseren dat in 1970, mede als gevolg van de
naoorlogse immigratie vanaf 1970 positief werd. Na een stabilisatie tot
1982 wordt een lichte bevolkingsdaling ingezet die in 2000 bruusk omkeert
en leidt tot een ultra-groei die mede ondersteund wordt door een
exponentieel stijgend natuurlijk saldo. Pas in 2012 blokkeert de stijging,
ze stabiliseert in 2013 en neemt in 2014 zelfs af.
De bevolkingsgroei door immigratie tot de jaren 70-tig, en
de bevolkingsdaling, mede veroorzaakt door het overlijden en/of trekken van
de oude Belgen gedurende een kwarteeuw (1982-1997) heeft in Molenbeek een
dynamiek van intensieve bevolkingswisseling van autochtoon naar allochtoon
teweeggebracht.
Ukkel -
link naar de
Set met 6 grafieken - Ukkel, hieronder de grafiek na WO2
5. Vertraging van de bevolkingsgroei door beperkt
woonaanbod?
Op gevaar af dat het een obsessie wordt zijn we op zoek naar factoren die
het aspect wonen in een tijdsperspectief kunnen illustreren. En o wonder,
de
Census 2011 biedt hiervoor heel wat materiaal, ook al is het niet erg
toegankelijk, maar daar passen we een mouw aan.
In het bestand over de woningen werden de gegevens van het kadaster met
het aantal wooneenheden gekoppeld aan het bestand domiciliering van het
Rijksregister, dwz er werd nagegaan of een geregistreerde wooneenheid ook
bewoond was, dwz of iemand er z'n domicilie had. 2de verblijven,
studentenkoten, bewoning door mensen die er geen domicilie voor aanvragen
wordt dan beschouwd als niet-bewoond en dit voor alle gemeenten in België.
Alles samen toch een interessant gegeven waar we hier niet op ingaan, dat
is voor een van de volgende BuG's.
Even interessant is het bouwjaar van de wooneenheden. Als hypothese konden
we stellen dat hoe minder woningen er gebouwd zijn tussen 1981 en 2011,
dus hoe minder druk op de woningmarkt, hoe hoger de immigratie, hoe meer
de wisseling van bewoners ruimte kreeg en de woningen dus om de migranten
geroepen hebben. Omgekeerd hoe hoger het aantal nieuwe woningen in een
gemeente, hoe groter de druk op de woningmarkt op basis van de interne
dynamieken, en hoe minder ruimte er was voor buitenlandse immigranten.
Voor grensgemeenten of oude migratie kan dat er anders uitzien. Voor Essen
bv zijn 48,6% van de woningen gebouwd tussen 1981 en 2011, dat zijn
vooral Nederlanders geweest die overlijden of er momenteel uit wegtrekken
en hun huizen te huur of te koop aanbieden, zoals in de TV-reportage mbt
de uitvergrote Belgiëroute al te zien was). Het is de leegstand in Essen
die de migranten geroepen heeft om langs een uitje in België z'n
huwelijken te regulariseren. Dit maar terzijde.
% bouwjaar wooneenheden, % in eigendom, % centrale verwarming |
Bouwjaar wooneenheid Census 2011 |
Wooneen-heden |
% voor 1919 |
% 1919-1944 |
% 1946-1980 |
% 1981-2011 |
Totaal % |
Eigen-dom |
Centr. Verw. |
België |
5.308.946 |
23,6% |
13,5% |
38,2% |
24,7% |
100% |
69,0% |
76,0% |
Vlaams gewest |
3.057.389 |
13,3% |
13,6% |
42,7% |
30,5% |
100% |
74,2% |
79,7% |
Brussels Gewest |
581.086 |
31,7% |
20,0% |
37,0% |
11,3% |
100% |
42,2% |
68,7% |
Schaarbeek |
59.698 |
51,2% |
24,0% |
20,5% |
4,4% |
100% |
43,3% |
58,1% |
Sint-Joost-ten-Node |
11.691 |
65,6% |
5,6% |
19,4% |
9,4% |
100% |
35,7% |
52,2% |
Sint-Gillis |
29.152 |
74,0% |
8,1% |
13,3% |
4,6% |
100% |
30,6% |
53,0% |
Sint-Jans-Molenbeek |
40.088 |
34,3% |
14,8% |
36,0% |
15,0% |
100% |
40,2% |
60,2% |
Ukkel |
41.749 |
5,7% |
32,6% |
50,2% |
11,6% |
100% |
52,2% |
85,9% |
Waals gewest |
1.670.471 |
39,8% |
11,0% |
30,3% |
18,9% |
100% |
68,5% |
71,8% |
Bovenstaande gegevens zijn beschikbaar voor alle gemeenten, ook voor wat
aantal en % 'niet-bewoonde' wooneenheden betreft, dus waar niemand
gedomicilieerd is, ook met opdeling naar bouwjaar. Wie geïnteresseerd is
kan de basistabel per gemeente opvragen.
Behoudens voor Sint-Jans-Molenbeek, dat al een atypische
bevolkingsevolutie had zoals hierboven vastgesteld, zijn Schaarbeek,
Sint-Gillis en Sint-Joost gemeenten met een extreem laag aantal nieuwe
woningen, hetgeen er zoals gezegd op kan wijzen dat daar, op 4 decennia
bekeken, het vrijkomen van huizen door overlijden en door verhuis naar
elders, de migratie en de migranten heeft aangetrokken, zonder dat er
woningen werden bijgebouwd. Migratie op zich zal nooit aanleiding geven
tot de bouw van sociale of andere woningen, enkel wanneer deze leeg komen
te staan, en de bevolking dus afneemt, zullen deze door migranten bewoond
worden. Op gewestniveau kan er een lineair verband gelegd worden tussen
aantal bijgebouwde woningen en het % inwoners met migratieachtergrond.
Ander opvallend gegeven is het verschil in eigendom hebben van de woning
tussen het Brussels gewest en de andere gewesten en de zeer lage
woningeigendom in Sint-Gilis bv. Dit laag eigendomsgehalte gaat samen met
een zeer hoog % woningen die voor 1919 gebouwd zijn. Blijkbaar wordt in
een aantal gemeenten in Brussel nog gewoond in oudere huizen. Het gebrek
aan accommodatie en de lagere huurprijzen die dan gevraagd worden houden
het wonen daar enigszins betaalbaar. Voor beleidsvoerders ligt wat
kwalitatief wonen betreft nog een helse opdracht weggelegd in Brussel.
Deze vaststelling wordt ook geïllustreerd door het zeer lage %
wooneenheden met centrale verwarming in de gemeenten met bevolkingsafname,
nl iets meer dan de helft. In een aantal gemeenten zijn blijkbaar de
limieten bereikt voor een expansie van de bevolking, en de immigratie is
niet meer in staat om de uitstroom uit Brusselse gemeenten op te vangen.
De vraag wordt dan interessant in welke leeftijdscategorieën deze
uitstroom plaatsvindt? Dat nemen we er nog even bij.
6. Bevolkingsevolutie in het Brusselse gewest 2010-204
naar leeftijd
De bevolkingscurve van Brussel is eigen-aardig en atypisch, de
bevolkingsgroei situeert zich vooral bij de -20 tot 35 jarigen. Het geeft
ook aan dat de buitenlandse immigratie amper voldoende geweest is om de
uitstroom uit Brussel en het overlijden van de oude Belgische Brusselaars
op te vangen. Anders gezegd, als de bevolkingsgroei pas vanaf 2001
is ingezet, dwz dat de buitenlandse immigratie dan pas de omslag heeft
kunnen maken, is de bevolkingsaangroei uitsluitend het gevolg van de groei
van het aantal geboorten die het aantal overlijdens meer en meer is
beginnen overtreffen. Maar dat is blijbaar in de 5 gemeenten met
bevolkingsdaling niet voldoende meer om het negatieve saldo van de
binnenlandse en buitenlandse migratie op te vangen. Maakt de
bevolkingsevolutie per leeftijdsjaar de laatste 5 jaar ons daarin wat wijzer?
Het doorschuiven per leeftijd van de grafische lijn van 2010 met 5
jaar geeft volgend beeld
In deze grafiek wordt, met enige inbeeldingskracht, duidelijk waar de groei,
en waar de afname van de Brusselse bevolking naar leeftijd gesitueerd
wordt: vooral dus in de leeftijdsgroep van de huidige 20-30 jarigen als
gevolg van immigratie en stijgend geboortecijfer, groei
die nog zo'n 15 jaar zal aanhouden. Er is een progressief groeiende afname
na 50 jaar, verhuis naar andere gemeenten? en na 75 jaar, de overlijdens.
Als deze evolutie uitgezet wordt als % groei of afname per leeftijdsjaar
tav 5 jaar voordien, en men projecteert deze lijn als een loodrechte op
een 0 as, wordt deze evolutie ' visueler'. De bevolkingsaangroei kent
momenteel haar hoogtepunt op 25 jaar, met vooraf en erna de
bevolkingsboost langs geboorten die 24 jaar geleden begon.
Een vergelijking van een procentuele verdeling van de bevolking over de
verschillende leeftijdsjaren per gewest komt nu spontaan in de gedachte,
allez vooruit.
De huidige leeftijdsgroep 20-35 jaar in het
Brusselse gewest vormt dé arbeidsreserve voor het Vlaams en Waalse gewest
de komende decennia, wanneer dus de huidige 50-jarigen in deze gewesten
met pensioen beginnen gaan vanaf 2030. Want daarna zullen er steeds minder
actieven overblijven in het Vlaams en Waals gewest om het werk te doen.
Dat is ook de ware reden waarom men nu zo zit te pushen om tot 67 jaar te
werken, ook al zijn er jongeren en vooral Brusselaars genoeg om dan het
werk te doen. Tegen dan zal men allang beslist hebben de pensioenleeftijd
te doen dalen, in de 30-urenweek te werken voor een voltijds loon en de
eindeloopbaanregeling van de Non-Profit voor iedereen uit te breiden. Met
een Syriza à la Belgique met de PVDA als motor, een écht linkse
meerderheid in het Europese parlement, die dan al enkele jaren mag
terugkijken op een duurzame vrede Palestina-Israël die zij bewerkstelligd
hebben en Rusland die een aanvraag ingediend heeft om toe te treden tot de
Europese Unie hoeft het er allemaal nog zo slecht niet uit te zien.
Intussen zal ook Wallonië zich meer dan Vlaanderen verjongen, zie het
surplus in het Waalse gewest bij de huidige 5 tot 30 jarigen. Binnen 15
jaar zullen de huidige Vlaamse 65+ de 80 jarigen zijn, die zich meer dan
in andere gewesten laten verzorgen door de Brusselse gouden reserve mét
hoofddoek die hen de billen zal verschonen.
Jan Hertogen, socioloog
www.npdata.be
0487 335 552
Wie geen berichten meer wenst te ontvangen kan dit langs een RE melden
|