BuG 215 – Bericht uit het Gewisse – 25 februari 2014
BuG
215 on-line
Printversie (8p)
De ontluisterende waarheid
over jeugdwerkloosheid
Op zoek naar de juiste omvang en percentage jeugdwerklozen,
tegen het misbruik van jongeren in de discussie over loonkost.
Als Brusselse werkloosheid een tijdbom was dan was ze al lang
ontploft. Zaak is leefloners werkloos en zo werkend te maken.
Jeugdwerkloosheid UVW 31/12/2001-2013, % op het aantal 15-24 jarigen
Het aantal Uitkeringsgerechtigde Volledig
Werkzoekenden (UVW) is in
het Brussels gewest op 10 jaar tijd gehalveerd tot 4,2%, in het Vlaams
gewest na 2007 gedaald tot 2,3%, in het Waals gewest na 2010 tot 6,4%
Jeugdwerkloosheid UVW 31/12/2001-2013, % op het aantal 20-24 jarigen
Als enkel de 20-24 jarigen in ogenschouw genomen worden blijft
een quasi halvering in het Brusselse gewest tot 8%, in het Vlaams
gewest na 2007 daling tot 4,2% en in het Waals gewest 12%.
De fikse daling in Brussel wordt in deze BuG opgehelderd.
Laat het ons maar meteen zeggen, we hebben
het gezien met alle onzin die over aantal en % jeugdwerklozen verteld
wordt, of hun nu van de koning, denktanken,
onderzoekscentra, politiekers
van alle slag, ook de PTB-GO/PVDA+ komt. Meestal is het aanleiding voor
een discours over de loonkost, of wordt de impact zo gedramatiseerd dat
er in feite geen soelaas voor bestaat.
De heren professoren aan universiteiten hebben
het allang opgegeven om duidelijkheid te
verschaffen over de reële impact, en de administratieve diensten kunnen niet meer dan met lede
ogen toezien hoe hun materiaal telkens mis(ge)bruikt wordt om politieke
doelen te dienen. Zodus de 'waarheid' over de jeugd/jongerenwerkloosheid
die zowel ontluisterend is voor wie er misbruik van maakt als misschien
ook voor wie er, goedbedoeld, wat aan wil doen.
1. Welke cijfers en %ges gebruiken?
1.1. Eurostat of de RVA?
De eerste keuze die zich aandient is deze tussen de Enquête naar de
Arbeidskrachten en de cijfers van de Rijksdienst Voor
Arbeidsbemiddeling, de RVA, De Enquête naar de Arbeidskrachten gebeurt
door Eurostat vier maal op een jaar in de 28 EU-landen waarbij hij/zij
werkloos is die de laatste maand geen loon- of zelfstandige arbeid heeft
uitgeoefend en het de komende twee weken niet zal doen. Het is een
enquête die uitvergroot wordt tot de gehele populatie en die te weinig
fijn is om bv elk leeftijdsjaar apart te nemen. De keuze is hier
duidelijk, de RVA-cijfers zijn de rijkste en meest exacte bron van
informatie over werkloosheid.
1.2. Stat.92 of Uitkeringsgerechtigden?
Binnen de RVA-cijfers is er de keuze tussen het aantal
Uitkeringsgerechtigden en wat gemeenzaam Stat. 92 genoemd wordt, het
aantal 'ingeschrevenen als werkzoekende, of ze nu uitkeringsgerechtigd
zijn of niet. Het zijn de cijfers van de niet werkende werkzoekenden
(fiche NWWZ,
studiedienst Vlaamse regering) die door de VDAB (Vlaams
gewest), Actiris (Brussel) en de Forem (Wallonië) worden
aangedragen en als 'werklozen' worden beschouwd, of ze nu
uitkeringsgerechtigd zijn of niet, zie
Definities Stat.92. Voor de verdere analyse
zal enkel voortgegaan worden op de werklozen die uitkeringen of financiële
ondersteuning genieten van de RVA, het aantal uitkeringsgerechtigden
werklozen. Dat wil niet zeggen dat de andere niet-uitkeringsgerechtigden,
werkzoekend of niet, geen aandacht behoeven, maar belangrijk is om
minstens de groep uitkeringsgerechtigden, dwz die vanuit de Sociale
Zekerheid een betaling genieten, te isoleren en de omvang daarvan te
kennen.
Als bron fungeert de
listing
van de RVA met opgave van alle werklozen waarvoor betalingen gebeuren, nl werklozen met
uitkerings-/ondersteuningsrecht in de diverse statuten, onderscheiden
naar leeftijd, geslacht en laatste tewerkstellingssector.
1.3. Werkzoekend of niet werkzoekend?
Een verdere keuze die dient gemaakt is of het gaat om werkzoekende
uitkeringsgerechtigden of niet werkzoekenden, om welke reden dan ook.
Werkzoekend betekent beschikbaar zijn voor de arbeidsmarkt. Ook hier is de
keuze duidelijk, we gaan voort op de uitkeringsgerechtigd werkzoekende
werklozen.
1.4. Volledig of gedeeltelijk uitkeringsgerechtigd werkzoekend?
Gedeeltelijk uitkeringsgerechtigd zijn de deeltijdse werknemers met
aanvullende uitkering, of deeltijdse loopbaanonderbreking, deeltijds kredieturen,
deeltijds werkloos met bedrijfstoeslag enz. Dat zijn in feite allemaal
gedeeltelijk werkenden. Het is duidelijk dat voor de verdere analyse enkel voortgegaan
wordt op Uitkeringsgerechtigde Volledig Werkzoekenden, de UVW's. Niet
dat de anderen buiten beeld moeten blijven maar zij verwerven geen
inkomens langs de werkloosheid, de RVA als deel van de sociale
zekerheid. Een UVW die ziek wordt valt er ook uit, hij/zij komt dan op
een ander onderdeel van de sociale zekerheid terecht, de
ziekteverzekering. In deze analyse hebben we het dus verder enkel over
de UVW's, de Uitkeringsgerechtigde Volledig Werklozen.
2. Wat is jeugd, wie zijn de jongeren?
Voor Europa en in en perspectief van internationale vergelijking bestaat
er maar één categorie, nl de 15-24 jarigen. Omdat de leerplicht in
sommige landen tot 18 jaar loopt (in Nederland tot 16 jaar bv), komen
hierdoor alleen al grote verschillen tot uiting. Beneden de 18 jaar bv
kan men in België niet werkloos zijn. Maar ook tussen de 18-24 jarigen
zitten er heel wat studenten die noch werken, noch uitkeringsgerechtigd
werkloos zijn, noch beschikbaar zijn voor de arbeidsmarkt en ook niet
tot de beroepsbevolking behoren. Men kan evenwel telkens exact berekenen
wat het aantal en % is van de Uitkeringsgerechtigde Volledig Werklozen van 18-19 jaar, van 20-24
jaar, van 25-29 jaar en verder om te zien wat de reële impact is van de
uitkeringsgerechtigde werkloosheid in deze leeftijdsgroepen.
3. Welke meter: % werklozen of 'werkloosheidsgraad'?
Wat doe je met een 'werkloosheidsgraad' als 2/3 van de jongeren (15-24
jaar) niet beroepsactief is, in het Brussels gewest zelfs meer dan 70%, dus noch
werkend, noch werkloos (uitkeringsgerechtigd of niet). Dan is een 'werkloosheidsgraad',
dwz het aantal werklozen gedeeld door de beroepsactieven,
niet alleen verhullend en nietszeggend maar ook volledig irrelevant om de omvang en
proportie van reële werkloosheid van jongeren aan te duiden. Enkel het % werklozen op
de overeenstemmende leeftijdsgroep zegt dan iets over de reële impact
van de werkloosheid, in deze toepassing, de uitkeringsgerechtigde
werklozen. Voor de internationale vergelijking tussen de Europese landen
op basis van het % werklozen, zie
BuG 194
Werkloosheid in Europa, voor een vergelijking van werkloosheidsgraad
en % werklozen (NWWZ) voor alle leeftijdscategorieën in elke gemeente in
België, zie BuG 212
Werklooosheid in Gemeenten.
Niet de "werkloosheidsgraad" maar het % Uitkeringsgerechtigde Volledig
Werkloze jongeren is de echte meter van de jongerenwerkloosheid, en de
resultaten van deze meting zijn mee het voor de hand liggende
alternatief voor al degenen die met
andere meters en maatstaven, hoe goedbedoeld ook, mist spuiten en
zo verhinderen dat de jongerenwerkloosheid ten gronde en effectief
worden aangepakt.
4. Welke bevolkingsaantallen per leeftijd
De werklozenaantallen kunnen dan wel beschikbaar zijn voor
31/12/2013, de bevolkingsaantallen per leeftijd zijn dat nog niet op die
datum, wel tot 01/01/2012. Om zo goed mogelijk de evolutie te benaderen
is de algemene bevolkingsevolutie per gewest toegepast per leeftijdsjaar
zodat
de 'noemers' per leeftijdsjaar zo goed als mogelijk de
bevolkingsaantallen op 31/12/2012 en
31/12/2013 weergeven. Dit is de best mogelijke benadering die slechts voor
afwijkingen na een tiende van een percent kunnen zorgen.
5. Op welke datum en in welk tijdsperspectief?
Best is over een zo recent mogelijke update beschikken, en 31/12/2013,
zeg maar 01/01/2014 is dan het recentst mogelijk, zeker als hiermee een
tijdsperspectief vanaf 2001 kan geschetst worden. Na 2001 wordt een fikse
aangroei van de werkloosheid vastgesteld tot 2003 om van dan af tot 2008
te dalen en met een onderbreking in 2009 (de bankencrisis) nog tot 2011
te dalen en daarna tot 2013 weer te stijgen..
Voor de totale groep (15-64 jaar)
Uitkeringsgerechtigde Volledige Werklozen ziet het globale beeld er zo
uit:
Op 31/12/2013 zijn er in België 429.319 UVW's waarvan
160.525 in het Vlaams gewest, 76.556 in het Brusselse en
192.237 in Wallonië met een door de RVA betaalde uitkering als
Uitkeringsgerechtigde Volledige Werkloze.
In België en in elk gewest blijft men nog
onder het niveau van 2003, en, wat nu al ten zeerste opvallend is, het %
uitkeringsgerechtigde werklozen is het hoogste in Brussel, dwz het is daar
over de gehele levensloop constant op het hoogste niveau. Van de
herneming in 2009 was in Brussel het minst sprake zodat zij met de
stijging van de werkloosheid vanaf 2011 verder divergeren met Wallonië.
In het Vlaams gewest blijft de UVW werkloosheid met 4,2% ondanks de
sterkste stijging in 2013, op een merkwaardig laag niveau, dwz 3,9% tegenover
8,2% in
het Waals en 9,9% in het Brussels gewest. Hopelijk komt daar geen
einde aan met de verdere communautarisering van de bevoegdheden voor
tewerkstelling en werkloosheid.
6. De Uitkeringsgerechtigde volledig Werklozen in de diverse leeftijdscategorieën
in België
6.1.
Jongeren 15-24 en 20-24 jaar
De jongerencategorieën zijn hierboven al uit de doeken gedaan. In het
Brussels gewest wordt de uitkeringsgerechtigde
jongerenwerkloosheid, zowel gemeten tussen 15 en 24 jaar als tussen 20
en 24 jaar, zowat gehalveerd op tien jaar tijd en bedraagt nu 4,6%
van de 15-24 jarigen en 8,0% van de
20-24 jarigen, niet minder maar ook niet meer. Voor we daar verder op ingaan kijken we
eerst naar de werkloosheid bij de 25-29 jarigen, de 30-54 jarigen en de
55-64 jarigen, want vooral bij 30+ wringt het schoentje in het Brussels
gewest.
6.2. Leeftijdsgroep 25-29 jaar per gewest
Ook in Brussel vlakt de evolutie zich af en stabiliseert voor de
25-29 jarigen op 11,6% Uitkeringsgerechtigde werkloosheid,
tegenover een fors stijgend % in Wallonië, 14,2% en een lichter
stijgend aantal in Vlaanderen, 5,8%.
De jongerenwerkloosheid toont zich ook bij de 25-29 jarigen hardnekkiger
in Wallonië dan in Brussel. Voor een 'verklaring' van de Brusselse
evolutie, zie verder.
6.3.
Leeftijdsgroep 30-54 jarigen
Maar vanaf 30 jaar slaat het beeld om, dan toont de
uitkeringsgerechtigde werkloosheid in Brussel zich van zijn
structurele, z4n meest taaie kant, en dit vooral vanaf 2008. Vlaanderen
stabiliseert sinds 2008 rond 4,0%, in Wallonië vinden de
werklozen vanaf 30 jaar op een of andere manier werk en neemt hun %
zelfs gestadig af na 2008 tot 8,5% eind 2013. In het Brussels
gewest daarentegen bedroeg de uitkeringsgerechtigde werkloosheid in 2008
10,9% en groeide geleidelijk aan uit tot 11,6% van de 30 tot 54
jarigen, daar ligt de Brusselse knoop.
De arbeidspendel eet de kaas van het Brusselse brood
Men kan zich afvragen waarom de werkloosheid in Brussel over de gehele
loopbaan zo persistent hoog en weerbarstig is.
Het antwoord is eenvoudig, omdat er te weinig van de in Brussel aanwezige
werkgelegenheid vrijgemaakt is de laatste decennia en nog altijd te
weinig opengesteld wordt voor Brusselaars. Het is de arbeidspendel vanuit
Wallonië en vooral ook Vlaanderen die de Brusselaars, waarvan 3/4 met
migratieachtergrond, op een structurele wijze uitsluit van de in Brussel aanwezige
tewerkstelling.
De ratrace van de werklozen voor een inkomen
In Brussel komen de jongere werklozen in concurrentie met de oudere
werklozen zodat ook voor de ouderen geen perspectief op werk
komt, en de jongeren minder en minder uitkeringsgerechtigd op de
werkloosheid belanden en naar andere inkomensverwerving moeten
uitkijken, zoals het leefloon. In Brussel is er ratrace naar werk tussen
alle werklozen en de arbeidspendel, en tussen de werklozen onderling,
niet voor werk, maar voor een inkomen dat meer en meer mensen, en voor
de jongeren naar het leefloon, en dus de 'bijstand' drijft.
6.4. Leeftijdsgroep 55-64 jarigen per gewest
Een interessant overzicht van de uitkeringsgerechtigde volledig
werkzoekenden is de leeftijdscategorie 55-64 jaar. Dit exponentieel groeiend aantal
55plussers komt ook in concurrentie met de jongere en minder jonge werklozen, zeker in de spaarzame
toegang tot tewerkstelling de Brusselse regio. De pijlsnelle stijging is
een direct gevolg van het generatiepact, en de afschaffing van de
formule werkloosheid 50+ zonder nog werkzoekend te zijn. Zulk een
maatregelen hebben vooral in Brussel een pervers effect gehad, en zorgen
dat jongeren zelfs niet meer voor een uitkeringrecht in de werkloosheid
in aanmerking komen maar naar het leefloon worden afgevoerd.
Het is in Brussel dat het % oudere
uitkeringsgerechtigde werklozen het snelste stijgt en dit tot het hoogste
niveau, 8,5% in 2013, een goed stuk boven dat van Wallonië, 6,1%
en Vlaanderen met 3,2%. Vlaanderen is verwittigd, nu de
migratie vanuit het buitenland eventjes vertraagt zal vooral vanuit
Brussel een alsmaar grotere toestroom naar Vlaanderen tot stand komen,
zoals anderhalve eeuw geleden een miljoen Vlamingen omwille van pure
armoede naar Wallonië trokken. En die binnenlandse migratie zal zich
niet beperken tot de 1ste en de 2de rand maar zal (eindelijk) in grotere
getale West-Vlaanderen en Limburg bereiken. Antwerpen, zoals steeds,
zorgt in deze wel voor zichzelf.
7. Uitkeringsrecht werkloosheid en volledig leefloon; communicerende
vaten in Brussel.
Het aantal uitkeringsgerechtigde jongeren
van 20-24 jaar in Brussel is gedaald van 12,7% in 2003 tot
7,9% in 2013.
Wat is er met de andere jongere Brusselaars
gebeurd, waar haalt die z'n inkomen vandaan, want in de werkgelegenheid
zijn ze ook niet terug te vinden. Jawel dus, in het leefloon. Om geen
dubbeltellingen te krijgen gaan we enkel voort op wie het volledig
leefloon krijgt (laatste cijfers van oktober 2013) in het Brusselse en
de andere gewesten in % op de overeenstemmende groepen in de bevolking.
.
% UVW en volledig leefloon per gewest 2013 |
|
% UVW |
% Leef-loon |
% UVW + Leefloon |
Vlaams |
|
|
|
20-24 |
4,8% |
0,7% |
5,4% |
25-29 |
5,7% |
0,5% |
6,3% |
Totaal 15-64 |
3,9% |
0,4% |
4,2% |
Brussels |
|
|
|
20-24 |
7,9% |
4,3% |
12,3% |
25-29 |
11,6% |
2,8% |
14,4% |
Totaal 15-64 |
9,9% |
2,7% |
12,5% |
Waals |
|
|
|
20-24 |
12,3% |
2,3% |
14,6% |
25-29 |
14,3% |
2,1% |
16,4% |
Totaal 15-64 |
8,2% |
1,4% |
9,6% |
België |
|
|
|
20-24 |
7,6% |
1,6% |
9,3% |
25-29 |
9,2% |
1,4% |
10,6% |
Totaal 15-64 |
5,9% |
0,9% |
6,9% |
De daling van de uitkeringsgerechtigden 20-24 jarigen in Brussel tot 7,9% wordt
verregaand gecompenseerd door de 4,3% van de 20-24
jarigen die van een volledig leefloon leven. In Wallonië is deze daling
in 2011 gestopt, alhoewel naast de 12,3% uitkeringsgerechtigde
werklozen 2,3% leefloners terug te vinden zijn bij de 20-24 jarigen. In
het Vlaams geweest is er in 2013, naast 4,8% UVW, slechts 0,7%
van de 20-24 jarigen terug te vinden als leefloner.
In België leeft 0,9% van de bevolking van een volledig leefloon,
voor verder info en analyse zie
BuG 195 Leefloon per gemeente.
5,9% krijgt een inkomen als uitkeringsgerechtigde volledig werkloze.
In Brussel is de impact van het leefloon 2,7%, in Wallonië maar de helft
daarvan. In Brussel is dit % voor de 20-24 jarigen nog eens het dubbele
van het gemiddelde in Brussel. Men zou (zoals wij gedaan hebben) kunnen
denken dat het leefloon wordt aangewend om te studeren, maar in het
Brussels gewest is dat zeker niet het geval, daar is het leefloon voor
jongeren de enige uitweg na de exclusie van of het geen toegang krijgen
tot de werkloosheid en wat bv Actiris kan bieden aan vorming, opleiding,
stages enz.
8. Welk perspectief voor de jongere en andere werklozen?
8.1. De algemene werkloosheid
De werkloosheid en zeker de uitkeringsgerechtigde werkloosheid
in België moet de grootste zorg en aandacht krijgen. 5,9% van de
bevolking tussen 15 en 64 jaar in België is Uitkeringsgerechtigd
Volledig Werkloos, 0,9% krijgt een volledig leefloon. In het
Vlaams gewest is dat respectievelijk 3,9% en 0,4%, in het
Brusselse 9,9% UVW en 2,7% leeftoon en in Wallonië 8,2%
UVW en 1,4% Leefloon.
8.2. De jongerenwerkloosheid
Voor de jongerenwerkloosheid heeft elk gewest z'n eigen structurele
karakteristieken: In Wallonië is de jongerenwerkloosheid het meest
acuut, met 12,3% UVW en 2,3% leefloon voor de 20-24
jarigen en 14,3% UVW en 2,1% leefloon voor de 25-29
jarigen. Het betreft hier vooral de gebieden zonder historisch verleden
(Charleroi, La Louvière) en die enkel een
industriële hoogbloei gekend hebben die nu volledig teloorgegaan is, nl
grondstoffenwinning en verwerking, zoals Guido Fonteyn in z'n laatste
boek glashelder uiteenzet.
In Brussel is er de structurele verschuiving
van uitkeringsgerechtigde werkloosheid naar leefloon, van waaruit het
moeilijker is de overgang naar werk te maken. 7,9% UVW en maar
liefst 4,3% leefloon, niet om te studeren maar om niet in de
miserie te belanden, dus 12,3% in het totaal. Voor de 25-29
jarigen is dat 11,6% UVW en 2,8% leefloon, 14,4% in
totaal, en voor de 30+ blijven deze cijfers op een extreem hoog niveau
en vormen in feite een fatale blokkade voor de jongeren op zoek naar
werk. Niet de jeugdwerkloosheid in Brussel is 'fataal' maar de
betonnering van de oudere generaties in een situatie waarin ze meer en
meer van werk uitgesloten zijn.
In Brussel is de werkloosheid
en leefloon dus over de ganse levensloop structureel en uitzonderlijk hoog omwille van
een ondertewerkstelling van de Brusselaars zelf in z'n eigen stad. In
Brussel zijn er 9,9% van de inwoners tussen 15 en 64 jaar
uitkeringsgerechtigd werkloos en 2,7% van hen ontvangen een
volledig leefloon, dus 12,5% van de gehele bevolking tussen 15 en
64 jaar. In Wallonië is dat maar 9,6%, waarvan 8,2%
uitkeringsgerechtigd werkloos en 1,4% volledig leefloon.
8.3.
Niet de werklozen maar de werkloosheid viseren.
Maar men moet goed weten waarover men het heeft en acties ondernemen die
tewerkstelling creëren en niet de werklozen viseren om hen uit te
sluiten of hun rechten te beperken. Niet de werklozen dienen aangepakt
maar de werkloosheid zelf door de creatie van tewerkstelling, zeker in
Brussel, en een betere verdeling van arbeid over de loopbaan, dwz minder
werken door ouderen (met dezelfde betaling) en meer werk voor jongeren.
En stoppen met de jeugdwerkloosheid te misbruiken voor het discours van
de loonkosten, alsof dat jongeren aan het werk zou helpen of meer werk
creëren.
8.4. Brussel, al het proefgebied voor de overgang van werkloosheid naar
bijstand?
Wordt in Brussel al het scenario uitgetekend dat zal ontstaan als de
termijnen van de inschakelinguitkering die nu in tijd beperkt is,
doorlopen zullen zijn?
In feite is er in Brussel niet voldoende werk, men is er meer dan elders
van de sociale zekerheid en de uitkeringsgerechtigde werkloosheid
uitgesloten of men geraakt er niet gerechtigd op, hetgeen zich vooral bij de
jongeren laat gevoelen. Eerst dient hij z'n rechten op werkloosheid op te
bouwen langs de vereisten van het leefloon, maar dat gebeurd zo te zien
maar in een zeer beperkte mate, ook omwille van de uitsluiting of de
discriminatie van de Brusselaars voor het in Brusselse aanwezige werk.
Langs de publieke tewerkstelling dient hier een eerste en omvangrijke
correctie te gebeuren, en daar zouden de OCMW-'s en de Brusselse
instellingen zich eens voluit achter moeten zetten. Of dient men te
wachten tot de gemeenteraadsverkiezingen van 2019 voor de 'politieke
bom' in Brussel ontploft, en de inwoners met migratieachtergrond het
verregaander gaan overnemen?
8.5. En het Vlaams gewest
Ook al zijn de percentages zowel van de uitkeringsgerechtigde algemene
en jongerenwerkloosheid in het Vlaams gewest erg laag vergeleken met Brussel en Wallonië,
toch zijn de aantallen aanzienlijk en vormen de jongeren de meest
kwetsbare groep, die, het moet gezegd, na enkele jaren in grote getale
hun weg naar de tewerkstelling vinden in Vlaanderen, hetgeen niet geval is in Brussel,
maar wel in groeiende mate in Wallonië.
9. In volgende BuG's wordt verder op de werkloosheid en de
inkomensverwerving in alle gewesten ingegaan.
Jan Hertogen, socioloog
www.npdata.be
0487 335 552
Wie geen berichten meer wenst te ontvangen, graag een RE met melding:
uitschrijven aub
|