BuG 210 – Bericht uit het Gewisse – 8 januari 2014
BuG
210 on-line
Printversie (7p)
Tabel
Inkomensverwerving inwoners van België 2012
Waar halen inwoners van
België hun inkomen vandaan?
inkomsten uit roerend en onroerend goed niet meegerekend.
N-VA programma is een oorlogsverklaring aan 3/4 van de inwoners, met
voorrang van rechts voor bestuurders en vennoten ondernemingen (2,7%).
24,7% van de bevolking werkt in private niet-publieke
tewerkstelling,
(met inbegrip van landbouw, nijverheid, profit-diensten, kappers enz.),
15,4% in publieke tewerkstelling, 26,8% met vervangingsinkomsten en
33,1 % heeft geen inkomen: 24,8% is -18 jaar of student, 8,3% anderen.
(Anti)these: in het economische circuit van België leeft 3/4 van de
bevolking van door overheid gefinancierde tewerkstelling en van
door bevolking en overheid opgebouwde zekerheidssystemen.
Het is vooral dank zij de publieke tewerkstelling (15,4%) en het
op peil houden van de vervangingsinkomsten (26,8%) dat België
crisisresistent is (geweest) en een toekomstperspectief heeft. Wil
de N-VA, duidelijker dan voorheen daar een eind aan maken, en,
onder het mom de privé-verdienende Vlaming te beschermen de
2,7% 'ondernemers bedienen en het inkomen uit roerend en
onroerend goed maximaal beschermen en uit de wind zetten,
dat vooral bij die 2,7% ondernemers en vennoten te vinden is?
Tabel
Inkomensverwerving inwoners van België 2012
Update 10/01/2014: Bron en periode waarop de gegevens
terugslaan
Bevolking: prognoses PBP/AD SEI voor de verdeling per leeftijd
RSZ,
rechtstreeks van de diensten RSZ, situatie 31/12/2012
RSZ-PPO, rechtstreeks van de diensten RSZ-PPO, situatie
31/12/2012
RSVZ, rechtsreeks van de diensten RSVZ, situatie 31/12/2012
RVA, rechtstreeks van de diensten van de RVA, situatie op
31/12/201
Tegemoetkomingen gehandicapten, rechtstreeks van de diensten
Sociale Voorzorg, situatie in 2012
Invaliditeit, rechtsreeks van het RIZIV, situatie 2012
Leefloon, rechtsreeks van de diensten Maatschappelijke
Integratie, situatie 31/12/2012
Aantal studenten 18+, rechtstreeks van de diensten Economie en de
Arbeidsmarktenquete, 2012.
TBS, diensten departement onderwijs Vlaanderen, van daaruit
extrapolatie naar Franse Gemeenschap.
Pensioenen, pensioendiensten ambtenaren en privé, situatie 2012
Vervroegd pensioen om medische redenen ambtenaren = invaliditeit
privé, speciale listing met motivering pensioen, bezorgd door dienst
ambtenarenpensioenen
Gelijkgestelde dagen ziekte (primaire ongeschiktheid),
jaarverslag RIZIV 2012.
BuG 210
Het N-VA programma stelt zich, zoals blijkt, lijnrecht op tegen de
belangen van 3/4 van de bevolking, en wenst de 2,7% 'ondernemers'
een extra te geven van wat ze bij 3/4 van de bevolking kan afromen. Haar
programma wordt meer en meer duidelijk: de overheid 'ontvetten' en
het 'overheidsbeslag' verminderen, dwz de tewerkstelling in
gezondheid, welzijn, cultuur, onderwijs,overheids- en andere publieke
dienstverlening afbouwen (15,5% van de bevolking), de inkomens van werklozen,
basispensioenen verminderen, anciënniteit, index, het leefloon,
bestaanszekerheid afkalven (26,8% van de bevolking) en
hiermee ook de 33,1% niet-inkomenstrekkers die vooral leven van
het inkomen van deze anderen in hun materieel bestaan treffen.
1. Tegen de PS om de bevolking te raken
De PS is mede beschermer geweest van de belangen van deze 3/4 van
de bevolking. Enkel door de PS op quasi racistische basis ('die Walen')
als zondebok te bestempelen wil de N-VA voldoende politieke macht
vergaren om de aanval op het werkelijke belang van de bevolking
aan te gaan en dit voor het belang en het vermogen van de 2,7%
ondernemers, bestuurders en vennoten. Maar ook de 22,4% anderen in
de private, niet-publieke dienstverlening zullen in de klappen delen.
De N-VA standpunten halen de levenssituatie van 3/4 van de
bevolking onderuit op basis van een etnisch-nationalistische
afwijzing van de Walen en haar PS en van de socio-economische
depreciatie van wie leeft van vervangingsinkomsten, alsof men niets
geleerd heeft van de wijze waarop het nationaalsocialisme haar
macht heeft kunnen vestigen om daarna de bevolking in een
uitzichtloze miserie tekunnen storten.
Moureaux heeft daar terecht een opmerking over gemaakt, waarom
zouden zich 'ideologische ontwikkelingen' in de geschiedenis niet
herhalen of aangewend worden, zeker als sommigen nog in hetzelfde bedje
ziek zijn. Bij
Jambon is deze uitspraak in het verkeerde keelgat is geschoten en
het ontlokte hem de interessante opmerking
dat "Moureaux in de hand bijt die de samenleving voedt,
want het zijn de ondernemers die de meerwaarde produceren
waarmee hij ondermeer betaald wordt". Daarmee draait Jambon de
werkelijkheid en het economisch mechanisme om.
2. Meerwaarde wordt door de bevolking en haar inkomen gegenereerd
Het zijn niet (alleen) de ondernemers die broodjes bakken waar anderen
van kunnen eten, elkeen die werkt, ook in de publieke dienstverlening,
met inbegrip van welzijn, gezondheid en cultuur en de overheidsdiensten,
dragen evengoed tot de 'meerwaarde' bij als de bakkers, de
staalfabrieken en technologiebedrijven. Daarvoor moet Jambon maar
de nationale rekeningen van de Nationale Bank er eens op naslaan om te
zien wie de 'toegevoegde' waarden produceert in dit land. Ook het sociale
zekerheidsgeld dat als inkomen ter beschikking komt van de
bevolking creëert mee de meerwaarde die nodig is om de economie
draaiende te houden, en is een essentieel onderdeel van het Bruto
Nationaal Product. Zelfs het vermaledijde 'zwart werk' is er een
onderdeel van.
Jambon, en met hem vele anderen, moeten eens nadenken over de
economische grondregels waarbij het inkomen van de bevolking en de
verwerving ervan langs arbeid en vervangingsinkomens de echte
scheppers zijn van de meerwaarde waar ook de bestuurders/vennoten
hun graantje van meepikken, naast alle belastingsvoordelen die zij
van deze meerwaarde inpikken en daarbovenop nog de winsten die zij
incasseren (want die worden maar berekend nadat de aandeelhouders
hun deel gehad hebben) en evenzeer de exuberante wedden die zij uitbetalen aan CEO's die als schaamlap moeten fungeren voor de ongebreidelde
geldhonger van de financiële en economische machten en hun
acolieten in de bedrijven en ook in de politiek.
Maar het kan voor deze 'klasse' nooit genoeg zijn, de welvaart
(van de machtigen en kapitaalkrachtigen) kan maar behouden worden
als de werknemers, kleine zelfstandigen en degenen die van
pensioenen, werkloosheid, invaliditeit, leefloon, tegemoetkomingen
leven aangepakt worden. En dat kan maar door hun verdedigers,
waaronder de PS, als Waals-etnisch objectief te
viseren met in een verder perspectief, de Vlaamse staat waar de
onderschikking van de bevolking aan de rationaliteit van de
financiële en economische machten zoveel makkelijker zal kunnen
gebeuren.
En het inkomen uit onroerend en roerend goed?
Niet inbegrepen zijn de inkomsten uit roerend en onroerend goed, waar
België, de 2de in rij staat na Zwitserland wat betreft het bezit van
onroerend vermogen en financiële tegoeden. Ook al zijn deze ongelijk
verdeeld, de inkomens waar we het hier over hebben en de meerwaarden die
de bevolking creëert laten toe om dit ook om te zetten in vermogen,
zowel in geld als in goederen. Raken aan deze inkomensbalans van de
overgrote meerderheid van de bevolking zoals de N-VA beoogt, is raken aan
het mechanisme dat de bevolking zekerheid geeft en de ondernemers een
basis om hun activiteit te ontwikkelen, en niet omgekeerd.
3. Waar halen de inwoners van België hun inkomen vandaan?
Tabel:
Inkomensverwerving inwoners van België 2012
Elke economie draait op inkomsten en uitgaven. Maar waar halen de
mensen hun inkomen vandaan, hoeveel uit werk, hoeveel uit een
vervangingsinkomen en hoeveel zijn er zonder inkomen. In de
BuG 189
over het nul van de Nul werd een voorzet gegeven die nu
verder in doel wordt geschoten: voor elke inwoner van België wordt
in beeld gebracht langs welke weg hij/zij inkomen verwerft. Dit
overzicht in aantallen, % en grafieken is uniek en nog nergens
onder deze vorm samengebracht.
Er wordt geen rekening gehouden met kindergeld, studiebeurzen,
studentenwerk en andere specifieke premies of tegemoetkomingen,
enkel met inkomsten uit sociale zekerheid, bestaanszekerheid en inkomensvervangende systemen van gehandicapten.
Alle gegevens zijn samengebracht in een uitgebreide en
openplooibare tabel:
Inkomensverwerving inwoners van België 2012, op het 1ste blad
de tabellen, op het 2de blad de grafieken. Langs de +jes links kan
het detail per inkomenssoort nagegaan worden, langs de +jes
bovenaan de aantallen en %ges, met onderscheid tussen publieke en
niet-publieke tewerkstelling. De %ges worden gegeven op de
bevolking, en ook in % op de inkomensverwervers en op de werkenden.
Tevens wordt in aantallen en % het onderscheid gemaakt tussen publieke en niet-publieke tewerkstelling,
telkens voor loontrekkenden en zelfstandigen. Eveneens wordt onderscheid gemaakt
tussen -15 jarigen, 15-17 jarigen en het totaal 15-18 jarigen, de
18-64 jarigen en de 65+ers.
Er wordt voortgegaan op 'voltijdse' statuten, dwz iemand die een
vervangingsinkomen combineert met een werkstatuut wordt meegeteld
bij de werkenden. Studenten 18+ die, buiten studentenwerk, een bij RSZ of RSZ-PPO
aangegeven werk uitoefenen worden meegeteld als werkende.
Als bron worden de officiële statistieken gebruikt van RSZ, RSZPPO,
RSVZ, RVA, RIZIV, Sociale Voorzorg, Pensioendienst en voor het
aantal
studenten 18+ de Enquête naar de ArbeidsKrachten
Inkomensverwerving inwoners van België 2012 |
|
België |
% nt publ. |
% publiek |
% bev. |
% publiek |
1. Bevolking |
11.107.066 |
op bev. |
op bev. |
100,0% |
|
2. Bevolking met inkomensverwerving |
7.426.331 |
24,7% |
42,2% |
66,9% |
|
1. Tewerkstelling |
4.444.637 |
24,7% |
15,4% |
40,0% |
38,4% |
1. Loontrekkenden |
3.682.223 |
18,2% |
14,9% |
33,2% |
45,0% |
2. Zelfstandigen |
762.414 |
6,4% |
0,4% |
6,9% |
6,4% |
- Zelfstandigen zonder pensioen |
683.519 |
5,8% |
0,4% |
6,2% |
|
- Zelfstandigen na pensioen |
78.895 |
0,7% |
0,1% |
0,7% |
|
2. Vervangingsinkomen |
2.981.694 |
|
26,8% |
26,8% |
|
1. Sociale zekerheid |
2.754.727 |
|
24,8% |
24,8% |
|
1. Volledig werkloos |
665.308 |
|
6,0% |
6,0% |
|
- NWVWZ |
409.794 |
|
3,7% |
3,7% |
|
- Ander NWNWZ |
48.642 |
|
0,4% |
0,4% |
|
- Oud stelsel +50 |
78.709 |
|
0,7% |
0,7% |
|
-
'Brugpensioen' |
112.928 |
|
1,0% |
1,0% |
|
- TBS-Onderwijs |
12.000 |
|
0,1% |
0,1% |
|
- Tijdskrediet/LBO |
3.235 |
|
0,03% |
0,03% |
|
2. Volledig op ziekteverzekering |
252.300 |
|
2,3% |
2,3% |
|
- Ziek op invaliditeit (+ 1 jaar) |
215.583 |
|
1,9% |
1,9% |
|
- Vervr. pensioen om med. redenen |
36.717 |
|
0,3% |
0,3% |
|
3. Pensioen |
1.837.119 |
|
16,5% |
16,5% |
|
2. Bestaanszekerheid - Volledig leefloon |
63.631 |
|
0,6% |
0,6% |
|
3. Inkomensvervangende tegemoetkoming |
163.336 |
|
1,5% |
1,5% |
|
3. Bevolking zonder inkomensverwerving |
3.680.735 |
|
|
33,1% |
|
1. Niet werkende -18 |
2.253.251 |
|
|
20,3% |
|
2. Studenten 18+ |
505.270 |
|
|
4,5% |
|
3. Andere niet-inkomenstrekkers |
922.214 |
|
|
8,3% |
|
In België verwerven 4.444.637 of 40,0% van
de inwoners hun inkomen langs werk, 2.981.694 of 26,8% langs een vervangingsinkomen en
er zijn 3.680.735 inwoners of
33,1% die geen inkomen verwerven. Deze laatsten bestaan voor
20,3% uit -18 jarigen die niet werken, 4,5% uit
studenten van 18 jaar en ouder en 8,3% of 922.214
niet-inkomenstrekkers van 18 jaar en ouder, dus zonder de
studenten mee te rekenen.
3.1. Inkomen uit werk, 40,0% van de bevolking
40,0% van de bevolking werkt waarvan 33,2% als
loontrekkende en 6,9% als zelfstandige in hoofdbezigheid.
Binnen deze groep van 40,0% zijn er 296.340 bestuurders en vennoten
die ingeschreven zijn bij de RSVZ, zij komen overeen met 2,7%
van de bevolking, het zijn de 'ondernemers'.
Bij de loontrekkenden en zelfstandigen zijn ook de 'gelijkgestelde
dagen' voor ziekte, zwangerschap en tijdelijke werkloosheid,
inbegrepen, dwz iemand in tijdelijke werkloosheid blijft werknemer
en wordt meegeteld in de RSZ-cijfers, zij worden dus niet als
werkloos meegeteld in dit overzicht. Ook de "primaire
arbeidsongeschiktheid" wegens ziekte, dwz het eerste jaar op
'ziekenkas' blijft
men in de RSZ-telling figureren. Het gaat hier om 132.944 personen
die gemiddeld per arbeidsdag in 2012 primair ongeschikt waren, of 1,4% van de
bevolking. De afwezigheid wegens, zwangerschaps-,
moeder-, vader-, ouderschaps-, borstvoedingsverlof en
'verwijdering' van de werkplaats wegens zwangerschap betreft gemiddeld 41.078
werkenden per arbeidsdag, of 0,4% van de
bevolking. Voor de basisgegevens zie statistische bijlage jaarverslag 2012 van het
RIZIV.
Zij zijn alle begrepen in de werknemers die hun inkomen uit
werk halen, ook al zijn ze tijdelijk niet actief. Buiten tijdelijke werkloosheid en afwezigheid rond
ziekte, zwangerschap en geboorte zijn er uiteraard nog andere redenen voor
gewettigde afwezigheid en klein verlet. Het zijn alle gelijkgestelde dagen, al
of niet betaald door werkgever of een derde instantie, maar deze
vormen slechts fracties van een % en zou ons te ver in detail
leiden. Ook zijn de statistische overzichten van de RSZ hierover,
volgens hun zeggen, niet
altijd volledig, het 'geeft een idee', de
basisgegevens dienen bij de bevoegde diensten betrokken, zoals
hier gebeurd is bij RIZIV en RVA.
Gelijkgestelde dagen binnen tewerkstelling 2012
|
|
Niet-Publiek |
Publiek |
België |
% bev. |
% publiek |
Totaal uit gelijkgestelde dagen |
|
|
335.992 |
3,0% |
|
1. Tijdelijke werkloosheid |
|
|
161.971 |
1,5% |
|
2. Primaire ongeschiktheid (ziekt)/geboorten |
|
|
174.021 |
1,6% |
|
1. Ziekte, 1ste jaar |
|
|
132.944 |
1,2% |
|
1. Loontrekkend |
|
|
125.272 |
1,1% |
|
2. Zelfstandig |
|
|
7.671 |
0,1% |
|
2. Borst/Moeder/Vader/Oudersch. verlof |
|
|
41.078 |
0,4% |
|
1. Loontrekkend |
|
|
39.315 |
0,4% |
|
2. Zelfstandig |
|
|
1.762 |
0,0% |
|
In een vorige
BuG 207
werd vastgesteld dat 45,0% van de loontrekkende tewerkstelling
Publieke tewerkstelling/dienstverlening was. Omgerekend naar de
totale bevolking komt dit overeen met 14,9% van de
bevolking, aangevuld met 0,4% van de bevolking die als
zelfstandige haar inkomen haalt uit het RIZIV (geneesheren,
paramedici) zijn dat 15,4%. Als de zelfstandigen meegeteld
worden in de noemer van de tewerkgestelden, is 38% van de
tewerkstelling in België Publieke Dienstverlening/Tewerkstelling.
Naast de 15,4% loontrekkende tewerkstelling
met de overheid en sociale zekerheid als belangrijke financiers,
is er 24,7% tewerkstelling in de verwerkende nijverheid en
de dienstensector met winstoogmerk. We zijn niet zover
gegaan om ook de 'industrie' die voor de overheid, de
gezondheidszorg farmacie, medisch materiaal), de welzijnszorg en
de cultuur werkt in de berekening te
betrekken. Het aandeel van de overheid in de gehele economische
activiteit met inbegrip van de zelfstandigen zou dan wel eens meer
dan de helft van alle tewerkstelling, zelfstandigen
inbegrepen, kunnen bedragen. Die berekening is misschien eens
voor later.
Maar wie het overheids'beslag' wil verminderen zou misschien zelf
een beslag of economisch infarct kunnen veroorzaken. Niet voor
niets zegt Paul De Grauwe dat in feite, ook Europees, de overheden
met financiële inputs en investeringen het inkomen voor de
bevolking en het draagvlak voor de economie dienen te verhogen wil
men echt een uitweg uit de crisis vinden. In België is dat evenwel
al voor een goed stuk de basissituatie, vandaar haar koppositie in
het anti-crisisbeleid in Europa.
3.2.
Vervangingsinkomen, 26,8% van de bevolking
6% van de bevolking in België verwerft haar
inkomen langs de werkloosheid, 2,3% langs invaliditeit
(het vroegtijdig pensioen om medische redenen van ambtenaren
meegerekend) en 16,5% langs pensioen. Het detail voor de
volledige werkloosheid bestaat uit 3,7% van de bevolking die Niet
Werkend Werkzoekend is en 1,0% op 'Brugpensioen' en nog
0,7% op het oude uitdovende stelsel 50+. 0,03% is in
volledige loopbaanonderbreking en tijdskrediet, daar valt dus wat
te rapen voor de Van Eetvelds
Maar het zijn toch vooral de pensioenen die meer dan de helft van de vervangingsinkomens
betreffen. Samen met pensioen, werkloosheid en invaliditeit verwerft 24,8%
of een kwart van de bevolking een inkomen langs haar eigen
bijdragen aan de sociale verzekering . Het is de kroon op het werk van
de arbeidsbeweging die hiervoor meer dan anderhalve eeuw strijd
heeft gevoerd en waar de overheid enkel aanvullend is om de
rekeningen te doen sluiten. De (sluipende) afbraak van deze
systemen door de politiek of de openlijke oorlog die de N-VA er aan
verklaart stellen hen in oppositie met het belangrijkste goed van
de arbeidersbeweging, de sociale zekerheid. Zien of die nog wat in
huis hebben om deze aanval te counteren.
Naast de sociale zekerheid, en er volledig buitenstaand, zijn er de
inkomensvervangende tegemoetkomingen voor gehandicapten die aan
1,5% van de bevolking worden uitbetaald. De meesten krijgen
ook nog volgens diverse categorieën een integratietegemoetkoming,
die ook nog na 65 jaar kan behouden worden als ze meer bedraagt
dan het pensioen.
En dan is er nog het 'vermaledijde' leefloon waar
0,6% met een volledig leefloon beroep op doet. Wie aan het
leefloon wil raken kiest voor het terug invoeren van het
'bedelrecht' zoals 100 jaar geleden nog in deze contreien manifest
in het straatbeeld aanwezig was. Dat de bestaanszekerheid ook een
echte aanzet is naar werk en beroepsactiviteit blijkt uit het feit dat op een jaar
tijd de helft van de leefloners uit het systeem stromen.
In totaal gaat het dus om
2.981.694 inwoners van België
die een vervangingsinkomen krijgen, waarvan meerdere mensen moeten
leven. Dat El Pais, een Spaanse krant zich enkele dagen geleden
opwond over de 'uitzetting' van een 1.918 EU-burgers in
2012, terwijl Europa enkel bepaalt dat men niet 'excessief' ten
laste van zekerheidssystemen mag staan zonder dat daar uitzetting
moet aan verbonden worden, is dan ook te begrijpen. In Spanje hebben
ze ervaring met cijfers na de komma, maar hier gaat het dus om
0,06% of zes honderdste van een procent.
Langs de vervangingsinkomsten wordt de koopkracht en de
economische motor van België mee op gang gehouden. Wie daar zand
in strooit berokkent onherstelbare schade aan het economische
weefsel, in de eerste plaats aan de ondernemers zelf en met grote sociale schade tot gevolg. De
gerechtigden op vervangingsinkomsten zijn verwittigd: enkel wie in hoge
nood komt, zij die het 'verdienen' of 'verdiend hebben' zullen nog
in aanmerking komen.
3.3. Zonder inkomen,
33,1% van de bevolking
Wanneer van de gekende bevolking (prognoses Planbureau per
leeftijd) alle inkomensverwervers worden afgetrokken in de diverse
leeftijdscategorieën, dan kunnen de niet-inkomentrekkers afgeleid worden,
3.680.735 in totaal, of 33,1% van de Belgische
bevolking. Het zijn vooral de 2.253.251 -18
jarigen die niet werken en van andere inkomens afhangen of
20,3% van de bevolking. Het is de eerste en meest kwetsbare
groep met risico voor armoede,
achterstelling en kansenongelijkheid bij een beleid dat het basisinkomen viseert.
Ook de
studenten van +18 jaar vormen een kwetsbare groep omdat zij
meestal nog door hun ouders ondersteund worden of langs het
'studentenwerk' inkomsten verwerven en hiermee ook de economie een
steuntje, en 'meermaarde', geven. Elke aanslag op het basisinkomen
betekent in feite ook een afbraak van de altijd precaire
democratisering van het hoger onderwijs.
24,8% van de bevolking zijn baby's, kleuter,
leerlingen van het lager - en secundair onderwijs, 1.890.381 -15
jarigen, 362.869 schoolgaande 15-17 jarigen zonder werk, 10.637
zijn ingeschreven bij RSZ, RSZ-PPO of als zelfstandige. De anderen
studenten 18+ zijn bachelor of masterstudenten, 505.270 in totaal. Zij
vormen allen samen de toekomstige hersens, hand- en spankracht van
de samenleving. Door hun afhankelijkheid van andere inkomsten is
een ingreep op de inkomenssituatie, op de handen die hen voeden,
zowel met inkomsten uit werk als de
vervangingsinkomsten, een ingreep op de bestaansvoorwaarden, de
software en uiteindelijk ook de
hardware van de samenleving.
Door enkel voort te gaan op een 'ethische norm', een selectief
normatief kader, op een individualistische benadering van het
menselijk potentieel, een verkrampte verbondenheid met en van
volk, natie of staat, een a-historisch denken en een aan racisme
rakend ethnicisme, in dit geval tav de 'Walen', discrediteert men
in eerste instantie het leven en het toekomstperspectief van de
jongere- en studerende bevolking en uiteindelijk van het land.
Blijven de 8,3% niet werkende, niet-studerende en
niet-inkomenstrekkende bevolking, 922.214 inwoners van
België. In leeftijd zijn ze gespreid tussen 671.507 18-64
jarigen en 250.707 65 +ers.
Inkomensverwerving inwoners van België 2012 naar aard |
|
-15 |
15-17 |
18-64 |
15-64 |
65+ |
België |
1. Bevolking |
1.890.382 |
373.506 |
6.883.371 |
7.256.877 |
1.959.807 |
11.107.066 |
2. Bevolking met inkomensverwerving |
|
10.637 |
5.706.594 |
5.717.231 |
1.709.100 |
7.426.331 |
1. Tewerkstelling |
|
10.632 |
4.347.055 |
4.357.687 |
86.950 |
4.444.637 |
1. Loontrekkenden |
|
10.632 |
3.651.961 |
3.662.593 |
19.630 |
3.682.223 |
2. Zelfstandigen |
|
|
695.094 |
695.094 |
67.320 |
762.414 |
2. Vervangingsinkomen |
|
5 |
1.359.539 |
1.359.544 |
1.622.150 |
2.981.694 |
1. Sociale zekerheid |
|
5 |
1.169.886 |
1.169.891 |
1.584.836 |
2.754.727 |
1. Volledig werkloos |
|
5 |
665.303 |
665.308 |
|
665.308 |
2. Volledig op ziekteverzekering |
|
|
252.300 |
252.300 |
|
252.300 |
3. Pensioen |
|
|
252.283 |
252.283 |
1.584.836 |
1.837.119 |
2. Bestaanszekerheid |
|
|
61.941 |
61.941 |
1.690 |
63.631 |
3. Inkomensvervanging Gehandic. |
|
|
127.712 |
127.712 |
35.624 |
163.336 |
3. Bevolking zonder inkomensverw. |
1.890.382 |
362.869 |
1.176.777 |
1.539.646 |
250.707 |
3.680.735 |
1. Niet werkende -18 |
1.890.382 |
362.869 |
|
362.869 |
|
2.253.251 |
2. Studenten 18+ |
|
|
505.270 |
505.270 |
|
505.270 |
3. Andere niet-inkomenstrekkers |
|
|
671.507 |
671.507 |
250.707 |
922.214 |
Van de 922.214 zonder inkomen zijn er
671.507 18-64 jarigen. Het is deze groep waarin nog een groot
potentieel schuilt voor de verhoging van de werkzaamheidsgraad en
voor het uit de armoede trekken van wie in de bevolking te kort
komt. Hierin zijn ook begrepen de niet-inkomenstrekkers, partners,
oudere kinderen van de 'ondernemer', de renteniers, die zonder
'werken' toch aan het hunne komen, zij vormen uiteraard maar een
beperkte groep. De anderen, ondermeer zij die door ons wel eens de
'gouden reserve' uit de migratie genoemd wordt, doen vooralsnog
geen beroep op vervangingsinkomsten en zijn niet werkend. Zij
vormen een even groot potentieel als de werklozen en dienen, ook
volgens Fons Leroy, hoofd van de VDAB, mee in beeld te komen
voor het verzekeren van voldoende man- en vrouw kracht voor de
economie in de toekomst die voor een grote uitdaging staat met de
vervanging van de babyboomgeneratie.
En verder zijn er de 250.707 die als 65+er zonder enig inkomen
hun oude dag doorbrengen, allicht aan de zijde van iemand die wel
pensioengerechtigd is.
4. Uitleiding
De motor van de economie
Dat zoveel mensen hun inkomen uit overheidstewerkstelling halen of
uit vervangingsinkomsten is een goede zaak, zo niet een zegen voor de economie.
Het
is niet alleen niet 'erg', zoals de N-VA de bevolking en de
gegadigden probeert aan te praten, het is de basis van het
economisch model waar België patent op heeft en dat de overgrote
meerderheid van de bevolking verzekert van een basisinkomen, in
feite zijn de plannen/dromen van Duchatelet al gerealiseerd zoals
iemand me liet verstaan.
... en de kuiten van de PS
Aan deze economische motor raken, dat zou pas destabiliserend
zijn, en laat het nu juist de N-VA zijn, die meer dan alle andere
partijen, daarvan z'n handelsmerk maakt voor de komende
verkiezingen. Zetten zij zichzelf daarmee niet voor schut? "Het
is de Vlaamse kiezer die zal bepalen of de welvaartstaat (met ons)
zal behouden blijven of dat we verder in een PS-(belastings)staat
zullen leven", zo declareerde Bart De Wever. De PS is hun
zwart beest maar die zijn vooralsnog mede de hoeder geweest van de
sociale bescherming, je zou voor minder met de PVDA/PTB+ die in
haar kuiten bijt. En ook zien wat deze partij zelf er van bakt.
BuG
210 on-line
Printversie (7p)
Tabel
Inkomensverwerving inwoners van België 2012
Jan Hertogen, socioloog
www.npdata.be
0487 335 552
Wie geen berichten meer wenst te ontvangen, graag een RE met melding:
uitschrijven. |