BuG 173 – Bericht uit het Gewisse –  30 oktober 2012 - Update spoor
  

'Patattenmesje' van de OESO of scalpel van de RSZ?
Tewerkstelling per leeftijd tussen 15-64 jaar voor alle sectoren.
 
RSZ , RSZ-PPO en totaal op 31/12 van 2008 tot 2011,
+ statuut van de Belgische bevolking op 31/12/2011,
in 14 verschillende statuten en dit per leeftijdsjaar.

   
Een inleiding voor de trefdag in Gent op 26/10/2012 over
"Activering zoals het is... (over)leven op de arbeidsmarkt",
georganiseerd door de De Lege Portemonnees, Samenlevings-
opbouw Gent vzw, Werkwijzer vzw, ACV – Surplus Gent-Eeklo,
 Vorming en Actie voor Werklozen-ABVV Oost-Vl., KAJ-Oost-Vl.,
 Interimactie + Bew. van Mensen met Laag Ink. en Kinderen vzw.
  
Besluit van de werkgroep "Aan de slag boven de 50":
Meer werk voor jongeren door minder werken van ouderen!

cfr. bijkomende verlofdagen eindeloopbaan in Non-Profit.
Werkzaamheidsgraad lekt overal behalve in de Non-Profit:
3x minder uitstroom 50-59 jaar in Non-Profit dan in Profit.

   
Tabel 1: Loontrekkenden 2008-2011 nr leeftijd en NACE2008
Tabel 2:
Statuut Belgische bevolking per leeftijd 15-64 jaar   
      

BuG 173 on-line   Printversie (12p)

0. Best voortgaan op de on-line gepubliceerde versie (voor correcties en up-dates)
 
1. Cijfers
  
Cijfers doen spreken zodat ze een kracht worden in handen van wie z'n belang wil verdedigen, slimmer worden dan elke andere t.a.v. wie men zijn belang moet afdwingen, dat is de uitdaging voor elke socioloog. Met dank voor de uitnodiging die toelaat om uniek en nog nooit gepubliceerd materiaal dat essentieel is voor de eindeloopbaandiscussie onder de aandacht te brengen.
 
2. Deze uiteenzetting vraagt een minimale voorkennis:

 
- Weten wat een frequentieverdeling is: verdeling van een bevolking bv volgens ouderdom van 15 tot 64 jaar
- Een percentage (%): een teller gedeeld door een noemer zodat de mate  waarin een kenmerk voorkomt zichtbaar wordt
- De grafische voorstelling van een frequentieverdeling langs een lijn, de weergave en projectie ervan op vlak.
- Enig abstractievermogen: je kunnen voorstellen dat iemand die 28 jaar is in 2009, er 30 is in 2011
- Enige vertrouwdheid met excel (rekenblad), iets dat allicht al in het lager middelbaar wordt verworven..
 
Met deze voorkennis, die er een is van lager secundair middelbaar niveau, kan al het volgende begrepen worden.
 
3. Gegevens per leeftijdsjaar voor alle NACE sectoren op 5 digit
 
In tegenstelling tot de OESO gegevens en de standaard verenging van gegevens in categorieën van 5 leeftijdsjaren, zonder voort te gaan op de evolutie van elke leeftijd van jaar tot jaar, is het essentieel om per leeftijdjaar het voorkomen van een bepaalde toestand (werk, werkloosheid..) te kennen en deze jaar per jaar te meten. Pas dan heeft het zin voor ruimere categorieën vast te stellen wat de evolutie gedurende een of meerdere jaren geweest is. Zodat men weet bv hoeveel werkenden van 55 jaar in 2010 men nog terugvindt als 56 jarige in 2011, en dit voor de 916 sectoren in de NACE2008 opdeling op 5 digit-niveau (5 cijfers), die een indeling maakt van elke activiteit in elke economische sector.
 
4. Statuut van de Belgische bevolking tussen 15 en 64 jaar

Maar eerst een beeld geven op 31/12/2011 - dus uiterst recent - van de verdeling van de Belgische bevolking per leeftijdsjaar en dit volgens statuut. Sommige gegevens zijn van voor 2011, maar in hun leeftijdspreiding zijn ze vergelijkbaar of werden ze geëxtrapoleerd tot 2011.
 
In onderstaande grafiek wordt de Belgische bevolking geschetst met telkens een band met een specifieke statuut. Voor de basistabel met cijfergegevens, zie:
Statuut van de Belgische bevolking per leeftijdsjaar tussen 15-64 jaar
 

 
De verschillende statuten:
 
  1. Bovenste lijn: totale Belgische bevolking - de top van de bevolkingsboom (nu 49 jarigen) is binnen 15 jaar 65.
  2. RSZ-Tewerkstelling - Loontrekkende tewerkstelling met aangifte aan de Rijks Sociale Zekerheid
  3. RSZ-PPO Tewerkstelling - Loontrekkende tewerkstelling bij Lokale en Provinciale besturen
  4. RSVZ-Tewerkstelling - Tewerkstelling als zelfstandige, in hoofdberoep.
  5. UVW+AVW - Uitkeringsgerechtigde Volledige werkloosheid + de Andere Volledig Werklozen (opleidingen enz.)
  6. Werkloosheid onder het uitdovend statuut van Oudere Werklozen 50+, er komen geen nieuwe meer bij.
  7. Werkloosheid onder het statuut van Brugpensioen, nu Werklozen met een Bedrijfstoelage genoemd.
  8. Statuut Ter Beschikking Gestelde (TBS) in het onderwijs, hetgeen vergelijkbaar is met Brugpensioen
  9. (Volledige) invaliditeit in de private sector
10. Vervroegd pensioen om medische redenen (invaliditeit bij ambtenaren)
11. Inkomensvervangende tegemoetkoming voor gehandicapten - Ter info: Colloqium over tegemoetkomingen op 06/12/2012
12. Ambtenarenpensioenen
13. Pensioen in de private sector
14. De nog niet of nooit actieve bevolking (verschil tussen alle voorgaanden en de totale bevolking)
 
Door het op elkaar leggen van deze activiteitsstatuten wordt per leeftijdsjaar de werkzaamheidsgraad zichtbaar (% binnen elke leeftijd van wie werkt op de totale bevolking van elke leeftijd) alsmede het verlies aan werkzaamheid voortkomend uit de bovenliggende statuten. Binnen de werkzaamheid wordt ook zichtbaar hoe de samenstellende delen zijn, bv dat tussen 60 en 64 jaar bijna de helft van de werkzaamheid geleverd wordt door zelfstandigen, en dat het onzin is te spreken over de werkzaamheidsgraad van 55+ gezien het extreme verschil tussen 55-59 en 60-64 jaar. Voor de basistabel, zie
Statuut van de Belgische bevolking per leeftijdsjaar tussen 15-64 jaar waar ook de berekening van de werkzaamheidsgraad en het aandeel van loontrekkenden en zelfstandigen per leeftijdsjaar gemaakt wordt.
 
5. Volledige werkloosheid per leeftijdsjaar.
 
De volledige uitkeringsgerechtigde werkloosheid bestaat grosso modo uit 4 statuten:
1. De Uitkeringsgerechtigde Volledig werkzoekenden en niet werkzoekende UVW (o.a. in opleiding)
2. De werklozen 50+ onder het aflopende oude stelsel
3. Bruggepensioneerden, de doorn in het oog  van Noels en co (merk ook het oor van de TBS) voor wie de werkloosheid de vorm aanneemt van een liggende ezel.
4. Volledig tijdskrediet of Loopbaanonderbreking.
 
Op elkaar gelegd ziet dit er zo uit:
 

  
Volledig Tijdskrediet/Loopbaanonderbreking is vooral tussen 25 en 45 jaar aan de orde,  voor gezinsvorming en voor vrouwen. Het volledig TK/LBO is praktisch niet aanwezig in de eindeloopbaan. Het opbod rond eventuele afbouw van TK/LBO getuigt dan ook van volledige onkunde of is het misogynie. Een nader toekijken op de alle leeftijden omdekkende band van de werkloosheid (gele vlak) leert dat de werkloosheid tussen 24 en 35 de hoofdbekommernis moet zijn. Maar ook dat tot 60 jaar er in feite geen specifiek probleem is, de oude 50+ regeling zal zich zal zich jaar na jaar zelf ontbinden De piek van de Ter Beschikking Stelling (brugpensioen van het onderwijs) betreft enkele leeftijdsjaren, terwijl het brugpensioen om een divers aantal redenen nog een opvang biedt voor wie het werken te veel geworden is, of die brutaal van de arbeidsmarkt gekuist wordt.

Evidente oplossingen i.p.v. het opgeblazen eindeloopbaandebat

Eerder dan ouderen (terug) aan het werk te krijgen is het best jongerentewerkstelling aandacht te geven, maar meer nog dan dat te werken aan de 2 enige uitwegen:
1. Werknemers langer aan het werk houden door het werken minder belastend te maken, dwz bijkomende verlofdagen zonder inkomensverlies, en deze verlofdagen in te vullen met jongerentewerkstelling.
2. De niet-actieve bevolking mobiliseren voor tewerkstelling, met daarin ook de gouden reserve van de migratie en haar dochters.
Daarin liggen evidente oplossingen voor het met lucht opgeblazen einde loopbaandebat.
 
6. Minder werken door bijkomen de verlofdagen: 12 op 58jr, 24 op 60 en 36 op 62 jaar.
 
Zoals in de Non-Profitsectoren kan het werken minder belastend gemaakt worden door bijkomende verlofdagen. Men zou bv een algemene regeling kunnen uitwerken met toekenning van bv 12 bijkomende verlofdagen op 58 jaar, 24 op 60 jaar en 36 op 62 jaar en dit voor alle werknemers die aan het werk blijven. Een werknemer die afhaakt kost een werkloosheidvergoeding+opleg brugpensioen of Canada dry, en levert niets meer op aan de sociale zekerheid of de belastingen. Met de winst door verdere tewerkstelling van 1 werknemer kunnen voor 4 werknemers de bijkomende verlofdagen betaald worden. Het is een systeem dat globaal budgettair winst oplevert en in het slechtste geval kosten neutraal is. Door de financiële injectie kunnen jongeren in vervanging komen voor de verlofdagen: Jongeren aan het werk door minder werken van ouderen!

 
7. Instroom en uitstroom tewerkstelling per leeftijdsjaar per sector tussen 2009 en 2011
 
Zie
Tabel 1: Loontrekkenden 2008-2011 nr leeftijd en NACE2008. Gezien de gegevens van 31/12/2008 tot 31/12/2011 beschikbaar zijn (met dank aan de RSZ en een mecenas, gegevens RSZ-PPO zijn gratis) kunnen de berekeningen van in- en uitstroom gebeuren op 1, 2 of 3 jaar. 2008 wordt uit deze berekening gehouden omdat de evolutie 2008-2009 'crisis'evolutie is en te vertekenend (op zich is dit gegeven natuurlijk zeer interessant, maar daar gaan we hier niet op in). Evolutie op 1 jaar kan toevallig zijn zodat geopteerd wordt voor een evolutie op 2 jaar, dus tussen 2009 en 2011 en dit voor elk leeftijdsjaar en voor elke sector met loontrekkende tewerkstelling, met het detail voor de autoassemblage.
 
7.1. Het 'patattenmesje' van de OESE en het beleid en de scalpel van npdata

 
De OESO, de Commissie van vergrijzing en de ronde Tafel van de tewerkstelling en al wie zich er op beroept gebruiken in feite 'patattenmesjes' om de werkelijkheid te dissecteren, en niemand die er om maalt. Op basis van het beschikbaar gestelde RSZ- en RSZ-PPO-materiaal wordt chirurgische fijnapparatuur ontwikkeld om na te gaan waar de werkzaamheidsgraad lekt, waar niet en dit tot op het niveau van elke deelsector volgens de NACE2008 sector-classificatie op 5 digit.
 
7.2. Een noodzakelijke correctie op de RSZ-gegevens
 
Alle gegevens komen van de officiële statistiek van RSZ, RSZ-PPO en andere administraties. Voor één sector heeft de RSZ, na invoering van de NACE2008 indeling in 2008 een, ook voor hun statistische verantwoordelijken, volledig onbegrijpelijke beslissing genomen. Tot 2009 werd een goed deel van de dienstenchequestewerkstelling onder 'ander maatschappelijke dienstverlening' ,Quartaire sector, (88999) geklasseerd, een andere deel bij de Tertiaire sector als "Reiniging van gebouwen"(81210), zoals door Europa vereist wordt. Vanaf 2010 werd de dienstenchequestewerkstelling onder de "Maatschappelijke dienstverlening" getransfereerd naar de "Reiniging van gebouwen", zonder evenwel de aantallen in 2008 en 2009 aan te passen. Dat is dus door ons gebeurd, rekening houdend met een equivalente verdeling over alle leeftijden. De gedetailleerde en totale gegevens voor Tertiair en Quartair zijn op die manier terug vergelijkbaar geworden. In de tabel worden deze gewijzigde cijfers, die het totaal niet beïnvloeden, in schuine druk weergegeven.
 
7.3. Zichtbaar maken van instroom en uitstroom
 
Om een adequaat en vergelijkbaar "beeld" op te hangen van de tewerkstelling en de in- en de uitstroom in de verschillende sectoren wordt nagegaan in een bepaalde periode, hier 2 jaar, wat de theoretische tewerkstelling zou geweest zijn indien alle werknemers aan het werk zouden blijven en er niemand zou bijkomen. De toestand voor 2009 wordt dus doorgeschoven naar 2011. En dan wordt de werkelijke situatie in 2011 daar bovenop gelegd zodat in het verticale vlak duidelijk wordt waar de instroom en waar de uitstroom gebeurt. Door deze situatie te 'projecteren' op een vlak wordt het volume van deze in- en uitstroom visueel in beeld gebracht. Hieronder worden de verschillende stappen nog eens uitgelegd en geïllustreerd voor de totaalgegevens en voor de 2 laatste stappen ook met de Autoassemblage.
 
7.3.1. Verdeling van werknemers per ouderdom tussen 15 en 64 jaar in 2009

 
Hier wordt de verdeling zichtbaar van werknemers volgens leeftijd tussen 15 en 64 jaar. Elke sector heeft specifieke kenmerken waarin het verleden langs de leeftijdsopbouw zichtbaar wordt en kan verduidelijkt worden. Grafiek leeftijd 2009.
 
7.3.2. Grafisch beeld van deze groep in 2011 als niemand bijkomt of weggaat
 
Doorschuiven van deze grafiek van 15-64 naar 17-64 jaar (de 63 en 64-jarigen van 2009 vallen nu buiten de leeftijdaflijning). Grafiek leeftijd 2009 doorgeschoven naar 2011.
 
7.3.3. Uitzetten van de effectieve verdeling van tewerkstelling in 2011
 
Door hier de grafiek bovenop te zetten van de 15-64 jarigen die op 31/12/2011 in dienst zijn wordt het volume duidelijk van wie bijgekomen en wie weggegaan is en dit per leeftijdsjaar. Boven de hypothetische lijn als niets gewijzigd zou zijn, is instroom, onder deze lijn is uitstroom. Grafiek leeftijd 2009+2jaar en 2011
 
Ter illustratie en gezien de actualiteit geven we een beeld van de leeftijdsverdeling in de automobielassemblage. In 2009 werkten er nog 21.859 werknemers, in 2011 19.547 of 2.312 minder.
 

 
Autoassemblage is een sector met vooral oudere werknemers, (meer nog dan sommige overheidsdiensten!) met de laatste 2 jaar brugpensioen op 55 jaar als systeem, zie de terugval op 55 jaar). Voor iemand uit de autoassemblage is 50 jaar maar enkele jaren vroeger, voor Noels en Co een geconstrueerd drama om de gehele regeling op de helling te zetten. Instroom van jongeren in de autoassemblage is de laatste 2 jaar (en ook vroeger) quasi nihil en dan nog enkel vooral voor -25 jarigen, eens 29 jaar begint de uitval die de laatste twee jaar over de ganse carrière werd uitgesmeerd. Deze uistroom is beter zichtbaar in de 'projectie' van instroom en uitstroom hieronder, (zie punt 7.3.4)
 
7.3.4. Projectie van de tewerkstellingslijnen in- en uitstroom
 
Boven de basis is instroom en eronder uitstroom. Veel meer dan in de 'opstaande grafiek' wordt in de projectie duidelijk op welk jaar instroom in uitstroom overgaat en in welke mate dit gebeurt. Projectie leeftijd 2009+2jaar en 2011.

 

 
De uitstroom de laatste 2 jaar, is zelfs zonder collectief ontslag, wezenlijk in de autoassemblage. Werknemers of bedrijf hebben in feite al langer dan vandaag geanticipeerd op de komende drama's.
 
Werknemers in de autoassemblage zijn 'elitearbeiders', decennialang worden zij langs strenge selecties overal in het land uitgezocht en 's nachts met bussen naar de fabrieken gevoerd. Zowel voor educatief verlof als voor brugpensioen nemen zij de grootste hap uit het budget, alsmede tal van andere maatregelen en bij collectief ontslag verdienen zij ook een 'elite'regeling.
 
Het sociale systeem destabiliseren of versterken?

Dat de Noelsen de 'elite'regelingen aanpakken om de regeling voor alle werknemers te destabiliseren geeft goed aan dat de wetenschappelijke en managerselite geen kaas gegeten hebben van solidariteit en ethisch bewustzijn. Dat N-VA vooral aanleunt bij deze krachten die de sociale-, bestaans- en inkomenszekerheid willen ondergraven of onderschikken aan de eisen van het op winst- en concurrentie gericht bedrijfsleven en haar aandeelhouders zal hen windeieren leggen. Het verdedigen van de arbeiders en werknemers die nu hun job zien verdwijnen in de autoassemblage heeft daarentegen de betekenis van een strijd voor het behoud van de voordelen die voor allen gelden en voor de grondvesten van het sociale systeem.
 
8. Algemeen overzicht tewerkstellingsevolutie, in- en uitstroom
 
8.1. Detailbeeld per sector
(een greep uit de 916 NACE2008 subsectoren)
 
De linken volgen en op de grafiek klikken om terug te keren. Langs de link bovenaan de grafiek kan men switchen tussen leeftijdsverdeling en projectie. Wie voor een niet behandelde specifieke sector het grafisch beeld wenst kan dit aanvragen bij info@npdata.be.
      

  Leeftijdsverdeling Projectie
0. Totaal Loontrekkende tewerkstelling Verdeling In- en uitstroom
    0.1. Profit-tewerkstelling
    0.2. Non-Profittewerkstelling (Q+R+S1)
Verdeling
Verdeling
In- en uitstroom
In- en uitstroom
1. Hoofdsectoren    
    Secundair
    Tertiair
    Quartair
Verdeling
Verdeling
Verdeling
In- en uitstroom
In- en uitstroom
In- en uitstroom
2. Secundair Verdeling In- en uitstroom
    Industrie
       Metaal
           Transportmiddelenproductie
                Auto-assemblage
                Toelevering
     Energie
     Bouw
Verdeling
Verdeling
Verdeling
Verdeling
Verdeling
Verdeling
Verdeling
In- en uitstroom
In- en uitstroom
In- en uitstroom
In- en uitstroom
In- en uitstroom
In- en uitstroom
In- en uitstroom
3. Tertiair Verdeling In- en uitstroom
    Handel
        Spoor
        De Lijn/Tec/MIVB
        Post
    Horeca
    Banken/Verzekeringen
    Administr.+Ondersteunende Dienst
       Uitzendsector
       Reinig. gebouwen (oa dienst.cheq.)
Verdeling
Verdeling
Verdeling
Verdeling
Verdeling
Verdeling
Verdeling
Verdeling
Verdeling
In- en uitstroom
In- en uitstroom

In- en uitstroom
In- en uitstroom
In- en uitstroom
In- en uitstroom
In- en uitstroom
In- en uitstroom
In- en uitstroom
4. Quartair Verdeling In- en uitstroom
     Openbaar Bestuur
          Defensie
          Bewakers
          Politie
          Brandweer
     Onderwijs
     Gezondheid+Maatschappel. Dienst.
          Gezondheidszorg (vooral ziekenh.)
          Maatschappelijke dienstverlening
              Residentieel (bej., geh, jeudz.)
              Niet-Residentieel (gezinszorg...

      Cultuur
      Verenigingen
Verdeling
Verdeling
Verdeling
Verdeling
Verdeling
Verdeling
Verdeling
Verdeling
Verdeling
Verdeling
Verdeling
Verdeling
Verdeling
In- en uitstroom
In- en uitstroom
In- en uitstroom
In- en uitstroom
In- en uitstroom
In- en uitstroom
In- en uitstroom
In- en uitstroom
In- en uitstroom
In- en uitstroom

In- en uitstroom
In- en uitstroom
In- en uitstroom

 
8.2. Enkele vaststellingen voor concrete sectoren met interessante perspectieven voor kansengroepen
 
- De post,
met haar eigenaardige leeftijdsopbouw. Binnen 6 jaar zal de post te maken krijgen met een extreem personeelstekort dat enkele jaren zal aanslepen - een unieke kans voor elkeen die op zoek is naar werk voor kansengroepen, dicht bij huis, gedragen door de bevolking en van relatief lage kwalificatie. Verdeling - In- en uitstroom

- Update: Spoor - De leeftijdsopbouw van de post is evenwel niets in vergelijking met deze van het spoor, zie Verdeling - In- en uitstroom. De leeftijdscurve vertoont een absoluut dieptepunt tussen 43 en 48 jaar dwz personeelsleden die 20 à 25 jaar geleden werden aangeworven. Toen was in feite de liquidatie van het spoor als publiek transfortmiddel betekend. De laatste 20 jaar is de instroom maar met mondjesmaat gebeurd t.a.v. een meerderheid van een alsmaar ouder wordende personeelsgroep. Tussen 1988-91 was Jean-Luc De Haene minister van verkeer en tussen 1992-1995 De Croo. Beiden minister hebben dit gemeen dat zij het spoor volledig hebben laten verkommeren, beperkte investering in infrastructuur ondermeer de bokke- of waggeltreintjes en de nu reeds afgeschreven (mauve) dubbeldekkers en met als meest expliciete uiting het station van Vilvoorde (een DDR-station in België, zo omschreef de Duitslandkenner Van Istendael het eens). De verjonging is vooralsnog niet echt op gang gekomen, deze is uiterst minimaal en uitgespreid tussen 21 en 33 jaar. Maar niet geklaagd: het spoor in België wordt dé tewerkstellingspool vanaf 2020 met massale aanwervingen om de uitstroom die op enkele jaren het spoor zal decimeren, op te vangen.
-
De Lijn, MIVB, Tec, met een instroom over alle leeftijdsjaren en vooralsnog beperkte instroom voor jongere werknemers. Het is ook een sector met een meerderheid aan oudere werknemers, dus dat belooft voor de toekomst. Zeker De Lijn heeft nog wat goed te maken bij werknemers van vreemde afkomst gezien zij, mét akkoord van de vakbonden indertijd, 'vreemdelingen' onwettig hebben uitgesloten van contractuele arbeid. Dat vooral de talrijke oudere werknemers nog altijd wat 'verzuurd' zijn kan tegen deze achtergrond geen verwondering wekken. Verdeling - In- en uitstroom
- Overheidsdiensten waar de komende 15 jaar bijna de helft of een goed deel van het personeel met pensioen gaat:
    - Defensie:  Verdeling - In- en uitstroom
    - Bewakers in gevangenissen: Verdeling - In- en uitstroom
    - Politie:Verdeling - In- en uitstroom
    - Brandweer: Verdeling - In- en uitstroom

Intermezzo: Het uniform.
Niet toevallig betreffen deze eerste drie puntjes allemaal (overheids)beroepen met een 'uniform', hetgeen maakt dat de toegang in het verleden, soms onwettelijk afgesloten was of bemoeilijk werd door corporatisme of exclusies tav inwoners van vreemde afkomst. Door de niemand sparende veroudering komt men na 20 à 30 jaar op het punt dat deze fijne, werkzekere en maatschappelijk nuttige beroepen niet meer kunnen onthouden worden aan de gekleurde medemens. Meer nog dan in andere beroepen zal er een gestage evolutie op gang komen waarin deze, geüniformeerde beroepen meer en meer zullen ingevuld worden door allochtonen. Het betreft daarbij jobs die mede het symbool zijn van veiligheid en dienstbaarheid in de samenleving, die dus een hoge graad van allochtone tewerkstelling zullen kennen. Wie rond zich kijkt, en zeker in De Lijn en ook al bij de Post, ziet daar de tekenen van.

- Onderwijs redt (al jaren) zich zelf,
kijk maar: Verdeling - In- en uitstroom
- Non-Profit - Al het geroep om een tekort aan personeel ten spijt, is de Non-Profit de meest expansieve sector die sinds 15 jaar en ook de laatste 2 jaar, voor alle bijkomende jobs ook het personeel vindt. In feite organiseert de gezondheids- en Welzijnssector zelf haar tekort, door onnuttige functies, zoals 'zorgkundige' te creëren die inhoudelijk en baremiek niets bijbrengen, door (nog altijd) de twijfel te laten bestaan om het HBO5 (gediplomeerd verpleegkundige) de toegang tot het verpleegkundig beroep te ontzeggen, en vooral ook door 2.350 logistiek assistenten in de zorgomgeving (cijfers VDAB 09/2012) werkloos thuis te laten zitten, terwijl zij in het beroepsonderwijs, het alternerend leren en ook door de VDAB in speciale cursussen van 350 uren, speciaal opgeleid zijn om het verzorgend en verpleegkundig personeel te ontlasten van logistieke taken in de zorgafdelingen. Een justinjob-kwalificatie begint met een ontlasten van verzorgenden en verpleegkundigen van logistieke taken. Dat het beleid in zorgvoorzieningen deze krachtige personele input van logistieke assistenten in de zorgomgeving laat liggen is een echte schande. Vraag is ook waarom Fons Leroy (VDAB) en Mieke Vanhecke (Katholiek onderwijs) hier eens geen alarmkreet laten horen tegen zoveel onwil van de werkgevers om werk te maken van deze logistieke functie die mede door Jozef Pacolet (professor KUL), de SERV (zie beroepsprofiel logistiek assistent in de ziekenhuizen) en de Sociale Fondsen (met betoelaging van de opleidingen) op de kaart is gezet. Waar blijft de vakbond om hier, langs een bijkomende sociale maribel eens een stootje aan te geven? Het zou het op 24/10/2012 afgesloten Sociale akkoord voor de Federale gezondheidssectoren (Nl)  (in het Frans), toch nog enige kleur kunnen geven. In het akkoord wordt trouwens met geen woord gerept over de 13de maand waarvan in het Vlaams akkoord gemiddeld 94% gerealiseerd wordt. Het personeel van de bejaardenhomes komt in 2014 over naar Vlaanderen en die kijken nu al uit naar de upgrade van hun eindejaarspremie tot 94% van een 13de maand, Of worden de bejaardenhomes een Vlaamse sector met 'Belgische' barema's en eindejaarspremie? Het ziekenhuispersoneel zal deze evolutie, die aan hen voorbijgaat, met gelaten ogen moeten gadeslaan .  Verdeling - In- en uitstroom
- Uitzendsector, komt in dit overzicht naar voor als een kleine marginale sector die meer blaft dan wild vangt: Verdeling
In- en uitstroom
- De Bouw is een stabiele sector die ook de laatste jaren meer en meer jonge mensen blijft aantrekken die over het algemeen hun ganse leven in de sector blijven werken, zonder veel uitstroom die pas na 50 op gang komt en na 55 jaar enig volume krijgt: Verdeling -  In- en uitstroom
- De Horeca is een jaar op jaar expansieve sector die vooral jonge mensen aantrekt die er dan ook blijven, de onheilsberichten waarmee de sector zich momenteel in de aandacht brengt (blackbox) ten spijt?: Verdeling - In- en uitstroom
- In de Maatschappelijke Dienstverlening is de personeelsinstroom van 30-50 jarigen in de residentiële sector relatief beperkt , zie  Verdeling - In- en uitstroom maar zeer hoog in het niet-residentieel segment, zie: Verdeling - In- en uitstroom. De instroom van jongeren in de residentiële sector is hoog, maar niet expansief (dus niet elk jaar verhogend). In de niet-residentiële sector, die tot voor 10 jaar een sector met eerder oudere werknemers was (mede door de instroom op oudere leeftijd), is de instroom de laatste jaren ook sterk aan het verjongen, hetgeen goed nieuws is voor de kansengroepen en jongere werklozen.
- Elkeen kan de grafieken bekijken, er nieuwe opmaken voor andere sectoren en tot zich laten doordringen.
  
9. Algemene tewerkstellings- en uitstroomgegevens
 
In onderstaande tabel worden voor de profit- en non-Profitsectoren en voor de secundaire, tertiaire en quartaire sector de algemene tewerkstellingsgegevens, evolutie, aandeel op het totaal en voor de uitstroom% samengebracht. Het zijn alle afgeleide gegevens uit de basistabel:
Loontrekkenden 2008-2011 nr leeftijd en NACE2008 (17MB) die we hier vooral ter informatie geven. Enkel op de uitstroom van oudere werknemers gaan we verder in.
 

In- en uitstroom loontrekkende tewerkstelling België 2009-2011 naar sector
  Profit Non-Profit Totaal     Secund.     Tertiair     Quartair
1. Tewerkstelling            
2009 3.056.422 613.075 3.669.497 767.236 1.459.349 1.427.862
2010 3.089.337 632.982 3.722.319 763.205 1.487.686 1.454.797
2011 3.104.058 644.616 3.748.674 765.004 1.505.195 1.461.607
2. % op totaal            
2009 83,3% 16,7% 100,0% 20,9% 39,8% 38,9%
2010 83,0% 17,0% 100,0% 20,5% 40,0% 39,1%
2011 82,8% 17,2% 100,0% 20,4% 40,2% 39,0%
3. Evolutie            
2009-2010 32.915 19.907 52.822 -4.031 28.337 26.935
2010-2011 14.721 11.634 26.355 1.799 17.509 6.810
Totaal 09-10 47.636 31.541 79.177 -2.232 45.846 33.745
4. Evolutie %            
% 09-10 1,1% 3,2% 1,4% -0,5% 1,9% 1,9%
% 10-11 0,5% 1,8% 0,7% 0,2% 1,2% 0,5%
5. Aandeel in ev.            
%Ev 09-10 62,3% 37,7% 100,0% -7,6% 53,6% 51,0%
%Ev 10-11 55,9% 44,1% 100,0% 6,8% 66,4% 25,8%
6. In- en uitstroom            
Instroom -29 jr 166.319 36.175 202.494 36.542 93.470 70.827
Instroom 30-49 jr 38.968 10.644 49.611 7.526 19.587 22.108
Uitstroom 50+ jr -157.075 -15.749 -172.824 -42.175 -60.787 -69.722
7. % uitstroom (1)            
% uit 50-54 -2,49% 0,42% -1,95% -4,68% -2,47% -0,30%
% uit 55-59 -13,39% -5,95% -12,10% -19,08% -12,08% -9,19%
% uit 60-64 -40,38% -27,68% -38,28% -34,17% -36,86% -40,89%
% uit 50-59 -7,29% -2,25% -6,38% -10,76% -6,64% -4,25%
% uit 50-64 -12,67% -6,03% -11,49% -13,88% -11,57% -10,45%
(1) Het percentage wordt berekend door de uitval te meten van 48-52 jarigen in 2009
en het aantal 50-54 jarigen in 2011. Voor de Non-Profit is dit +0,67% omdat er meer
instroom is in deze leeftijdscategorie. Vervolgens wordt de uitval gemeten van
van 53-57 jarigen in 2009 en hun aantal als 55-59 jarigen in 2011, enz…  

 
10. Eindeloopbaanregeling in de Non-Profit maakt het verschil
 
10.1. Einde loopbaanregeling Non-Profit zorgt voor 3x lagere uitval tussen 50 en 59 jaar
 

Zonder in te gaan op dit uit diverse oogpunten interessante materiaal is de vaststelling cruciaal dat de in de Non-Profitsectoren (Gezondheid, Welzijn en Cultuur) de uitval tussen 50 en 39 jaar met -2,25% meer dan 3x lager ligt dan deze in de profit-sectoren, waar -7,29% is uitgestroomd van de 48-57 jarigen in 2009 die in 2011 dus 50-95 jarigen zijn. de meetpunten zijn 31/12/2009 en 31/12/2011, dus zeer recent. Het is zelfs zo dat tot 53 jaar er een bijkomende instroom is van werknemers naar de Non-Profit sector. De eindeloopbaanregeling in de Non-Profit is het enige essentiële verschil dat voor dit excellente resultaat kan aangebracht worden.
 
10.3. De eindeloopbaanregeling Non-Profit trekt mensen aan in plaats van voor schaarste te zorgen

Als de werknemers geteld worden in 2011 die dan 50-54 jaar zij en die 48-53 jaar waren in 2009 dan is er een positief saldo, dwz tav hun aantal in 2009 is er een stijging met 0,42%. Dat wil ook zeggen dat, in tegenstelling tot wat de werkgevers of bepaalde beroepsgroepen zeggen, er géén vlucht is uit de sector, ook niet in de eindeloopbaan, integendeel, dat zelfs tot 53 jaar er een positief saldo is van de in- en uitstroom en dat er juist werknemers op latere leeftijd bijkomend aangetrokken worden om in de Non-Profitsectoren te komen werken.
 
10.4. Bouw de eindeloopbaanregeling uit voor alle sectoren op 58, 60 en 62 jaar
 
Na 60 jaar is er ook een uitstroom uit de Non-Profitsector (-27,68%) die evenwel nog 1/3 lager ligt dan in de andere sectoren, waar ze - 40,38% is. Op 60 jaar werken er verhoudingsgewijze méér mensen in de Non-Profit juist omdat ze langer aan het werk gebleven zijn, maar deze grotere groep blijft dus nog langer aan het werk. Om voor alle werknemers een perspectief op langer werk te geven is het toekennen van 12 bijkomende verlofdagen op 58 jaar, nog eens 12 dagen op 60 jaar (dus 24 in het totaal) en nog eens 12 op 62 jaar (dus 36 in het totaal) de sleutel voor langer werken die ook toelaat dat er meer jongeren voor de vervanging van deze dagen ingeschakeld worden.

Eindeloopbaandagen: een dubbele win-winsituatie

Een goed deel van de bijkomende aantrek van jongeren in de non-profitsectoren komt voort uit de vervanging van de eindeloopbaandagen. Dit geeft een vierdubbel voordeel voor de sociale zekerheid en de overheidsinkomsten: de oudere werknemers blijven werken en RSZ en belastingen afdragen en men moet hen geen brugpensioen of werkloosheid betalen, de jongere werknemers betalen op hun beurt RSZ en belastingen en voor hen dient geen werkloosheidsvergoeding of andere specifieke maatregelen meer voorzien te worden.
 
10.5. Schakel de Fondsen voor Bestaanszekerheid in voor het beheer
 

Het inschakelen van de Fondsen voor Bestaanszekerheid in de andere dan Non-Profit sectoren moet er voor zorgen dat de rekening sluitend is, nl dat voor elke € geïnvesteerd in bijkomend verlof, er bijkomende tewerkstelling op het terrein gerealiseerd wordt. Ook hiervoor kan men beroep doen op de rijke ervaring van VESOFO, de Vereniging voor Sociale Fondsen in de Non-Profit.
 
10.6. Activeer de pensioenbonus
 
En de pensioenbonus kan omgezet worden in een 'actief' budget waarbij het werken voor oudere werknemers langs bijkomende verlofdagen verlicht wordt in plaats van een bijkomende pensioenopleg die mensen moet lokken om langer te werken in een even zwaar en belastend werk. Activeer de pensioenbonus zodat de oudere werknemers geactiveerd blijven en worden. Zoals reeds gesteld is gans deze toekenning van 12 bijkomende verlofdagen, telkens op 58, 60 en 62 jaar budgettair opbrengend of minstens kostenneutraal.
 

11. Allochtonen
  
Geachte aanwezigen, de organisatoren hebben er nauwgezet op gelet om het woord 'allochtonen' niet te gebruiken, misschien worden ze gesponsord door De Morgen? Ook in de eigen teksten zijn ze niet terug te vinden. Toch bestaan ze en zullen zij de komende decennia meer en meer de gewone, de kansentewerkstelling, evengoed als de precaire tewerkstellingen bemannen en meer en meer ook bevrouwen: de Marokkaanse jongens in de uniformen van de overheidsdiensten - "geeft ne Marokkaanse gast werk met een uniform en de wereld zal beter worden", zo zei me ooit de voorzitter van een Marokkaanse jeugdhuis - en de dames met hoofddoek aan de kassas van de warenhuizen, of zoals in Engeland, het verkeer regelend op de kruispunten. In feite hoeft niemand zich daar zorgen over te maken. Het zal gewoon gebeuren.
  

12. IJkpunten om resultaten van beleid na te gaan
 
Wil men beleid evalueren dienen ijkpunten uitgezet die toelaten resultaten op een concreet en gedetailleerd niveau te meten. Wat is de impact van eindeloopbaanmaatregelen, zoals in de non-Profitsector-, het generatiepact, de degressiviteit van de werkloosheidsuitkeringen, de tewerkstelling in de autoassemblage enz. Tot op het niveau van elk van de 916 NACE2008 sectoren kan de evolutie van de tewerkstelling nagegaan worden, onderscheiden naar RSZ en RSZ-PPO, voor elk leeftijdsjaar en, zo men wil, opgemaakt per gewest. Alle materiaal is hiervoor bij npdata aanwezig. Wie er op of aan wil werken moet het maar laten weten.
  
Met dank voor jullie aandacht.
 
Jan Hertogen
, socioloog
0487 335 552
www.npdata.be

BuG 173 on-line   Printversie (12p)

Tabel 1: Loontrekkenden 2008-2011 nr leeftijd en NACE2008
Tabel 2:
Statuut Belgische bevolking per leeftijd 15-64 jaar   

  
Naschrift 1: Rad van tong een rad voor de ogen
 
Men kan zich afvragen waarom al de goed omkaderde studiediensten, commissies, universiteiten, professoren nalaten om het elementaire materiaal zoals hier getoond, op te vragen en te verwerken. Is het luiheid om na verloop van tijd het OESO materiaal af te wachten dat weliswaar vergelijkend met andere landen, algemene gegevens ophoest dat het detail en de nuance wegvaagt en enkel toelaat langs gemeenplaatsen de bevolking en de goedmenende burger een rad voor de ogen te draaien en de kennis te onthouden die hen weerstandig kan maken tegen bv. het alsmaar hogere opbod dat Bart De Wever doet mbt pseudokennis, demagogische napraat en op anti-semitisme en racisme lijkende uitlatingen tav van de Waalse medeburgers waarbij het anticommunisme niet ver af is. Het "op profiteren gerichte, corrupte, linkse, niet-hard werkende, op het zweet van anderen terende jodendom" verrezen in het Walendom? Mag het een andere plaat zijn?
 
Naschrift 2: Is "Vernoelsing" geen groter gevaar voor een welvarend Vlaanderen dan 'Wallonisering'?